Test

Adviezen voor een kwaliteitsvolle huisartsenpraktijk
  • Het praktijkgebouw is fysiek gemakkelijk toegankelijk.
  • De praktijk faciliteert gezonde en ecologisch verantwoorde verplaatsingen van medewerkers en patiënten met openbaar vervoer of actief transport.
  • De indeling van het praktijkgebouw is erop gericht om efficiënt te kunnen werken en de patiënten makkelijk hun weg te laten vinden.
  • Het praktijkgebouw heeft een wachtzaal met toegang tot toiletruimte voorbehouden voor patiënten.
  • Bij de inrichting van de praktijkruimten en het onthaal is er aandacht voor de privacy van de patiënten.
  • Bij de inrichting van de praktijkruimten en het onthaal is er aandacht voor de persoonlijke veiligheid van medewerkers en patiënten.
  • Het praktijkgebouw beschikt over een goed ventilatiesysteem.
  • Er wordt een ontspanningsruimte voorzien voor de medewerkers in de vorm van een keuken en/of vergaderzaal met apart sanitair.
  • De praktijk is zichtbaar schoon.
  • De praktijk voldoet aan de actuele brandveiligheidsnormen.
  • Er zijn maatregelen genomen betreffende diefstal- en inbraakpreventie in en rond de praktijk.
  • Er zijn bouwkundige en/of elektronische veiligheidssystemen aanwezig om agressie in en rond de praktijk te beperken.
  • Alle ruimten in de praktijk zijn ingericht met de juiste apparatuur en instrumenten naargelang het doel van de ruimte.
  • De huisartsen kunnen beschikken over een dokterstas voor noodgevallen.
  • Noodzakelijke medicatie is aanwezig in de praktijk en wordt volgens de vereiste opslagcondities bewaard op een niet-toegankelijke plaats voor onbevoegden.
  • Alle medewerkers van de praktijk hebben de geschikte opleidingen, diploma’s en/of ervaringen om de taken uit te voeren uit hun functiebeschrijving.
  • De praktijk streeft naar een samenstelling van haar team dat kan voldoen aan de verwachtingen van de patiënten en de noden van de praktijk.
  • De praktijk heeft voor iedere medewerker een ondertekende arbeidsovereenkomst.
  • Zelfstandige medewerkers hebben een zelfstandige samenwerkingsovereenkomst met de praktijk. 
  • De praktijk heeft een functiebeschrijving van iedere medewerker en een back-up plan indien een medewerker uitvalt. De functiebeschrijving wordt indien nodig geüpdatet.
  • Met iedere medewerker van de praktijk wordt minimaal jaarlijks een functioneringsgesprek gepland.
  • De praktijk onderneemt acties om grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer te voorkomen.
  • De praktijk stelt een interne of externe preventieadviseur aan. Bij soloartsen kan de eigen huisarts eventueel optreden als preventieadviseur.
  • De praktijk heeft een Elektronisch Medisch Dossier (EMD) voor iedere patiënt en zorgt ervoor dat deze up-to-date is.
  • De gezondheidsgegevens van de patiënt worden zoveel mogelijk gecodeerd en gestructureerd geregistreerd.
  • Iedere patiënt heeft  een Sumehr.
  • Sociale problematiek wordt beschouwd als essentiële informatie in het EMD. Deze informatie wordt op een uniforme manier geregistreerd in het EMD.
  • De zorgverleners maken gebruik van het eHealth platform om op een veilige manier te communiceren en gezondheidsgegevens te versturen.
  • De huisartsen schrijven de medicatie op elektronische wijze voor.
  • De zorgverleners registreren de vaccinaties in Vaccinnet.
  • De zorgverleners maken gebruik van Vitalink.
  • De praktijk onderneemt stappen of volgt een stappenplan om aan de GDPR te voldoen.
  • De praktijk informeert patiënten en vraagt toestemming voor het beheer van de gegevens.
  • Patiëntengegevens, inclusief gevoelige documenten zijn niet toegankelijk voor onbevoegden.
  • Een datalek wordt steeds geregistreerd en gerapporteerd. 
  • De praktijk heeft een visie en missie en formuleert haar doelstellingen.
  • De praktijk houdt een register bij van alle samenwerkingsafspraken.
  • Er is een open communicatiecultuur in de praktijk.
  • De praktijk biedt nuttige praktijkinformatie aan via verschillende bronnen.
  • De praktijk informeert de patiënten over de bereikbaarheid en de beschikbaarheid van de praktijk.
  • De praktijk informeert de patiënten over de procedure in geval van nood tijdens en buiten de kantooruren.
  • Voor dringende zaken beschikt de praktijk over een spoedlijn.
  • De praktijk werkt samen met externe zorgverleners, organisaties… om een kwaliteitsvolle zorgverlening te garanderen.
  • De praktijk staat open voor intercollegiaal en multidisciplinair overleg.
  • De praktijk heeft toegang tot de sociale kaart van hulpverlening in haar regio.
  • Bij verwijzing naar een andere zorgverlener wordt een degelijke verwijsbrief meegegeven.
  • De praktijk zorgt voor een snelle en veilige overdracht van het patiëntendossier, zowel bij inschrijving als bij uitschrijving.
  • De artsen handelen volgens de Code van Medische Deontologie opgesteld door de Nationale Orde der Artsen.
  • De zorgverleners voldoen aan de vereisten bepaald in de wet inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg.
  • De patiënt wordt volledig geïnformeerd over zijn gezondheid, behandelopties en risico’s.
  • De patiënt wordt gestimuleerd om samen met de arts mee de verantwoordelijkheid te dragen voor zijn eigen gezondheid.
  • De patiënt wordt actief betrokken bij beslissingen over zijn gezondheid.
  • Bij complexe zorgsituaties wordt het beleid afgestemd op de zorgdoelen van de patiënt.
  • De medewerkers van de praktijk houden rekening met de rechten, waarden en religieuze en culturele achtergrond van de patiënt.
  • Er wordt samen met de patiënt naar een oplossing gezocht om de impact van communicatieproblemen op de kwaliteit van de zorg te beperken en veilige en patiënt-gecentreerde (of persoonsgerichte) zorg te kunnen garanderen.
  • De huisarts houdt rekening met de financiële draagkracht van de patiënt. Bij financiële moeilijkheden verwijst de huisarts naar ondersteunende organisaties.
  • De huisarts streeft in zijn zorg voor de patiënt naar een sterke wetenschappelijke onderbouwing zoals omschreven in gevalideerde richtlijnen en dit op maat van de patiënt.
  • De praktijk neemt het basistakenpakket aan zorg op voor haar patiënten.
  • Zorgverleners bespreken, zowel intern als extern, regelmatig klinische richtlijnen met elkaar.
  • Bespreken van casussen is een terugkerend agendapunt op de praktijk vergadering of onder collega’s.
  • Verbeterpunten kunnen aangebracht worden in een praktijk consensus.
  • Alle medewerkers van de praktijk nemen regelmatig deel aan vormingsactiviteiten.
  • Nieuwe medewerkers in de praktijk krijgen een adequate opleiding over de praktijkvoering en/of de omgang met patiënten.
  • De praktijk heeft een lijst van medisch herbruikbaar materiaal.
  • De praktijk heeft een protocol voor de reiniging, desinfectie en sterilisatie van medisch herbruikbaar materiaal.
  • Steriele materialen worden op een correcte manier bewaard.
  • De praktijk organiseert zich zo dat patiënten met infectieuze pathologie geen (onbeschermd) contact hebben met medewerkers of andere patiënten.
  • Niet-herbruikbaar materiaal wordt niet hergebruikt of buiten de vervaldatum gebruikt.
  • Iedere medewerker van de praktijk heeft een overzicht van zijn vaccinaties. Een bewijs van hepatitis B-antistoffen wordt aangeraden bij alle medewerkers in de praktijk die hiermee mogelijk in contact kunnen komen.
  • De praktijk biedt vaccins voor influenza, tetanus en COVID-19 aan.
  • De praktijk stelt een verantwoordelijke aan om zowel de kwaliteit als het behoud van de koude keten van vaccins te waarborgen.
  • De praktijk doet het nodige om alle risicogroepen en zorgverleners, zoals beschreven door de Hoge Gezondheidsraad, jaarlijks te informeren en te vaccineren tegen de griep.
  • Vaccins en etenswaren worden in aparte koelkasten bewaard.
  • De praktijk heeft een lijst van het nodige medische verbruiksmateriaal, instrumentarium en noodzakelijke medicatie en er is een praktijkafspraak om deze stock te bewaren en te beheren.
  • De inhoud van de dokterstas wordt op regelmatige tijdstippen nagekeken en zo nodig vernieuwd of aangevuld.
  • De praktijk verzamelt en verwerkt feedback van haar patiënten.
  • Indien gewenst informeert de praktijk patiënten rond hoe feedback verwerkt wordt en hoe deze bijdraagt tot verbetering van de kwaliteit van de zorg.
  • De praktijk heeft een protocol rond klachtenbehandeling.
  • De praktijk heeft een samenwerkingsafspraak om incidenten te bespreken.
  • De praktijk gebruikt op een systematische wijze de ervaringen uit de klachten en incidentenanalyse om de kwaliteit van de zorg en de patiëntveiligheid te bevorderen.
  • De praktijk hanteert een open communicatie bij klachtenbehandeling en na een (bijna)incident.
  • De praktijk identificeert gebieden in haar werking waar verbetering aangewezen is en zet minimaal eenmaal per jaar een praktijkverbeterend project op, afhankelijk van de noden.
  • De praktijk kent de specifieke kenmerken van haar patiëntenpopulatie en past haar verbeterprojecten hierop aan.
  • De praktijk stelt een verantwoordelijke aan voor de opvolging van de gemaakte procedures en afspraken.
  • De praktijk evalueert systematisch en continu de gemaakte samenwerkingsafspraken tijdens praktijkvergaderingen.
  • De praktijk maakt een jaarverslag op om haar beleid te evalueren.
  • De praktijk doet inspanningen om haar ecologische voetafdruk te verkleinen.
  • De praktijk doet inspanningen om afval te verminderen en sorteert afval op een correcte manier.
  • De praktijk stimuleert de patiëntenpopulatie om een duurzame levensstijl aan te nemen.
  • De praktijk heeft een beleidsplan.
  • De praktijk analyseert risico’s met betrekking tot de organisatie van de praktijk.
  • Bij een eventuele patiëntenstop communiceert de praktijk op een correcte manier naar patiënten toe en wordt er overlegd met collega’s hoe de zorg voor de patiënten kan gegarandeerd worden.
  • De praktijk heeft aandacht voor de toegankelijkheid van de zorg.
  • Iedere medewerker heeft een eigen huisarts, bij voorkeur buiten de eigen praktijk.
  • De praktijk heeft een vertrouwenspersoon aangesteld.
  • De praktijk heeft aandacht voor zelfzorg en kent initiatieven in het kader van zelfzorg.
  • De praktijk wijst patiënten op de co-benefits van een gezonde levensstijl voor de gezondheid van de planeet.
  • Huisartsen in de praktijk zijn zich bewust van de voetafdruk van hun medisch handelen (medicatie, technisch onderzoek) en geven dit aspect aandacht in de medische besluitvorming.