Vandenbroucke vergroot psychosociale opvang tijdens pandemie

Op voorstel van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a) keurde de federale regering een nota goed om de psychosociale opvang tijdens de coronapandemie te verbeteren.

De sociale ongelijkheid in de samenleving wordt door de coronapandemie alleen maar groter. Dat stelt de Hoge Gezondheidsraad vast. De toegenomen sociale ongelijkheid heeft op zijn beurt een weerslag op de geestelijke gezondheid. De groepen met de zwakste sociaaleconomische positie lopen een hoger risico en zouden multidisciplinaire ondersteuning moeten krijgen om de risico’s terug te dringen. Ook andere kwetsbare groepen (onder meer psychische kwetsbaren) moeten volgens Frank Vandenbroucke speciale aandacht krijgen, net als kinderen, jongeren en studenten.

Met een eerste maatregel wil de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid vanuit de netwerken voor geestelijke gezondheidszorg aan volwassenen ook voorzien in ambulante, proactieve, psychologische interventies voor studenten die kampen met somberheid, angst en stress.

Een tweede maatregel voorziet in een verhoging met 50% van de mobiele hulpverlening zodat die nog meer kan worden ingezet voor de begeleiding en de zorg voor kwetsbare jongeren en jongvolwassenen met psychische problemen. De mobiele teams die hiervoor worden ingezet, zijn multidisciplinair samengesteld en kunnen dus niet enkel jongeren en jongvolwassenen thuis begeleiden, maar op eender welke daarvoor geschikte plek. 

Een derde maatregel die de minister treft, heeft als doel de werking van het mobiele team in de netwerken van geestelijke gezondheidszorg voor volwassenen uit te breiden naar de sociaaleconomisch kwetsbare doelgroep. Vandenbroucke verwijst daarbij uitdrukkelijk naar ouderen. De mobiele teams moeten zich met name richten tot de doelgroep die niet zelf hulp zoekt en zorg eerder vermijdt. 

Filip Ceulemans