Drie pieken van oversterfte in zomer 2019

Wetenschappelijk instituut Sciensano stelde tijdens de voorbije zomer drie pieken van oversterfte vast. De extra overlijdens werden vastgesteld tijdens of net na de heetste dagen.

Dat de zomer van 2019 een hete zomer was, hoeven we u niet te zeggen. maar liefst driemaal werd het ozon- en hitteplan geactiveerd (21 juni tot en met 1 juli, 19 tot en met 26 juli en 23 tot en met 28 augustus). In elk van de drie warmteperiodes stelde Sciensano oversterfte vast, met piekwaarden op en vlak na de dagen met temperaturen boven 30°Celsius.

In de eerste warmteperiode (21 juni-2 juli) werd een matige oversterfte genoteerd van 4% of 128 extra overlijdens bovenop de 2885 verwachte sterfgevallen. De oversterfte deed zich voor in alle leeftijdsgroepen, maar vooral in de groep tussen 65 en 84 jaar. “In Vlaanderen bleef het aantal extra overlijdens in de eerste warmteperiode beperkter dan in Wallonië en Brussel, mogelijk omdat de temperaturen in Vlaanderen tijdens deze periode minder hoog waren dan in de andere twee gewesten”, zegt Nathalie Bossuyt, onderzoekster bij Sciensano.

In de tweede warmteperiode (19-27 juli) was er een uitgesproken oversterfte in alle leeftijdsgroepen van 17% ofwel 400 extra sterfgevallen bovenop de 2296 verwachte overlijdens. Vooral de 85-plussers werden zwaar geraakt. “Tijdens de 2de hitteperiode was de oversterfte vooral in Brussel zeer hoog (tot bijna 35%). Een mogelijke verklaring hiervoor zou een stedelijk hitte-eiland effect kunnen zijn. In steden kan het namelijk veel warmer worden dan in de omliggende gebieden, door blokkering van wind en het vasthouden van warmte in beton, asfalt en stenen. Daardoor kunnen ook de nachttemperaturen er hoger blijven, terwijl het op het platteland wel koeler wordt”, zegt Nathalie Bossuyt. In de laatste warmteperiode (23-29 augustus) bedroeg de oversterfte 10% of 188 meer dan de 1795 verwachte overlijdens. “De 3de hitteperiode werd gekenmerkt door een oversterfte in Vlaanderen en Wallonië, maar niet in Brussel”, vervolgt Bossuyt.

Hoewel het nog te vroeg is om definitieve conclusies te trekken, ziet Nathalie Bossuyt toch verschillen tussen de zomers van 2018 en 2019. Vorig jaar waren er twee lange warmteperiodes, dit jaar drie kortere, maar hevige hitteperiodes. “Met name tijdens de dagen met extreme temperaturen in juli werd duidelijk oversterfte gezien. De oversterfte op 24, 25 en 26 juli 2019 bijvoorbeeld was telkens hoger dan de hoogst waargenomen dagelijkse oversterfte in de zomer van 2018. We beschikken nog wel niet over de specifieke doodsoorzaken van de afgelopen zomer, waardoor het niet mogelijk is te bepalen wat nu precies de oversterfte heeft veroorzaakt”, besluit Bossuyt. 

Filip Ceulemans