Vlaams minister van Welzijn en Volksgezondheid Hilde Crevits (CD&V) maakt 5 miljoen euro vrij voor de verdere uitbouw van palliatieve zorg. Het past in de concretisering van een actie- en transitieplan dat voortvloeit uit een visienota die de voorbije maanden werd uitgewerkt.
“Bij palliatieve zorg wordt nog te vaak gedacht dat dit enkel levenseindezorg is en dat die door gespecialiseerde zorgaanbieders moet worden verstrekt. Dit is echter een foutieve perceptie. Palliatieve zorg is bij uitstek een voorbeeld van geïntegreerde zorg, waarbij de persoon centraal staat en waar er samengewerkt wordt tussen alle zorgaanbieders, formeel en informeel, welzijn en zorg, over diverse disciplines heen”, zegt Vlaams minister van Welzijn en Volksgezondheid Hilde Crevits (CD&V). Om die perceptie de wereld uit te helpen, zette het departement Zorg sinds vorig jaar een participatief project op poten met alle betrokkenen die actief bezig zijn met palliatieve zorg. Doel was het uittekenen van een toekomstvisie op palliatieve zorg.
De visienota werd opgebouwd rond vier belangrijke pijlers:
- De palliatieve persoon staat centraal
- Er wordt ingezet op toegankelijkheid en sensibilisering, zowel bij de zorgverstrekkers als het grote publiek
- Er is een tijdige detectie, zorgvuldige beoordeling en tijdige behandeling van de zorg- en ondersteuningsnoden van de palliatieve persoon
- Zorgcontinuïteit is belangrijk: reguliere zorg en palliatieve zorg vormen één geheel
Koken kost echter geld en daarom voegt Vlaanderen aan het huidige budget voor palliatieve zorg van 13 miljoen euro 5 miljoen euro toe. om de visie te realiseren, zijn meerdere hervormingen nodig. Die worden momenteel uitgewerkt en moeten tegen het einde van het jaar klaar zijn. Om alle initiatieven met betrekking tot palliatieve zorg te coördineren wordt een Vlaams Expertisecentrum Palliatieve Zorg opgericht dat onder meer instaat voor het coördineren en organiseren van opleidingen voor zorgverstrekkers. Coaching en begeleiding worden belangrijke opdrachten van net expertisenctrum.
Filip Ceulemans