De Vlaamse regering investeert 1 miljoen euro in vijftien centra voor herstelverblijf om zo de stap tussen een ziekenhuisverblijf en de terugkeer naar thuis te vergemakkelijken.
In centra voor herstelverblijf kunnen patiënten die herstellen van een operatie, een zware aandoening of een ongeval terecht voor opvang, verzorging en revalidatie. Een team van artsen, verpleegkundigen, sociaalassistenten en/of psychologen staat er paraat om de herstelperiode in goede banen te leiden. Tijdens het herstelverblijf gaat de aandacht naar revalidatie, zelfredzaamheid, zelfzorg en ondersteuning van de mantelzorg.
Vlaanderen maakt in samenspraak met de federale overheid 1 miljoen euro vrij om de centra te ondersteunen. De financiële middelen die Vlaanderen ter beschikking stelt, dienen als tussenkomst voor de werkingskosten en bepaalde loonkosten. De werkingsmiddelen omvatten onder meer de loonkosten voor niet-medisch/ondersteunend personeel, de verbruiksgoederen en de energiekosten. De zorgkosten worden dan weer gedeeltelijk gefinancierd door de federale overheid.
Vlaanderen steunt concreet vijf centra met 833 erkende verblijfsplaatsen. Per erkende plaats wordt een jaarlijkse tussenkomst van 1260 euro voorzien. Volgende centra krijgen steun:
- Zorgverblijf Hooidonk in Zandhoven
- Aquamarijn in Kasterlee
- Heydeveld in Opwijk
- Paaleyck in Kapelle-op-den-Bos
- Moutershof in Meise
- Melderthof in Lummen
- ’t Neerhof in Brakel
- Huis Coppens in Eeklo
- Ter Lokeren in Lokeren
- Lovenbos in Lievegem
- Reva ter Sig in Lebbeke
- De Mouterij in Aalst
- Duneroze in De Haan
- Ter Duinen in Nieuwpoort
- Koninklijke Villa in Oostende
Filip Ceulemans