Riziv kiest voor meerjarenbegrotingstraject

Het Riziv stelde deze week het meerjarige begrotingstraject 2022-2024 voor. Dat houdt een integratie in van de gezondheidsdoelstellingen in de keuzes van de ziekteverzekering. Vanaf 2022 zal de begrotingsprocedure voorzien in de toekenning van middelen aan de gezondheidszorgdoelstellingen.

Het uitgebreide Verzekeringscomité nam begin deze week kennis van de plannen van het Riziv om voortaan te werken met een meerjarig begrotingstraject. Met dit systeem wil het Riziv de beste manieren vinden om de middelen in te zetten en de performantie van het systeem te verhogen. In een eerste fase zal een werkgroep onder leiding van Ann Ceupens (Onafhankelijke Ziekenfondsen) de prioritaire gezondheidsdoelstellingen voor de periode 2022-2024 vastleggen. In april en mei worden twee bijkomende taskforces opgestart. Manfredi Ventura (voorzitter van de vereniging van Franstalige hoofdartsen) komt aan het hoofd te staan van een taskforce die zich buigt over doelmatige zorg, terwijl Erik Schokaert voorzitter wordt van de task force dynamisch meerjarig budgettair kader. In een derde fase wordt tegen 30 juni een eindverslag opgesteld met een eerste versie van de begroting 2022 en een concreet dynamisch meerjarig budgettair kader.

Tijdens de voorstelling aan het Verzekeringscomité benadrukte minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a) het belang van deze nieuwe werkwijze. “Het initiatief sluit nauw aan bij de ambitie van het regeerakkoord om een transformatie van ons gezondheidszorgsysteem aan te vatten teneinde de kwaliteit en toegankelijkheid ervan continu te blijven verbeteren en af te stemmen op de nieuwe noden van de patiënt. Het regeerakkoord heeft de ambitie om tegen 2030 de gezondheidskloof in termen van verwachte levensjaren in goede gezondheid te reduceren met 25%, de vermijdbare sterfte te reduceren met 15% en om tot de tien landen met het hoogst aantal gezonde levensjaren te behoren. Het zijn gezondheidsdoelstellingen die inspanningen op vele bevoegdheidsniveaus en -domeinen vergen. Maar uiteraard kan de gezondheidszorg hier een belangrijke bijdrage leveren”, aldus Frank Vandenbroucke.

De minister hoopt met het meerjarig begrotingstraject winst te boeken in drie domeinen. In de eerste plaats moet het inzetten op toegankelijke zorg voor iedereen met het accent op de meest kwetsbare groepen. Een tweede aandachtspunt is de omslag te maken naar nabije zorg samen met de patiënt, met het accent op de eerste lijn, preventie en empowerment. Een derde as waar Vandenbroucke wil op inzetten, is de versterking van netwerkzorg rond de patiënt, met het accent op samenwerking, integratie en innovatie. De nadruk ligt daarbij op een sterkere integratie van de zorg in de eerste en de tweede lijn. Hij denkt daarbij aan transmurale zorgpaden, telemonitoring, telegeneeskunde of het inschakelen van specialistische ondersteuning van de eerstelijnszorg door coaching of thuishospitalisatie.

Om dit op een degelijke manier te kunnen realiseren, vindt de minister het noodzakelijk nieuwe financieringsmodellen te ondersteunen. “De huidige prestatiefinanciering botst op zijn grenzen, ook dat heeft de huidige crisis nogmaals bevestigd. We moeten stappen zetten richting een gelaagd financieringsmodel met elementen als capitatiefinanciering, praktijkfinanciering, innovatiefinanciering, prestatiefinanciering, maar ook met elementen die samenwerking, preventief en bevolkingsgericht handelen honoreren. We moeten durven exploreren hoe gebundelde financiering van zorgverleners op basis van verwachte zorgkosten zinvol kan zijn. Het is ten slotte belangrijk dat we in onze financieringsmodellen voldoende hefbomen inbouwen ter ondersteuning van doelmatige zorg, ik denk dan aan het rationeel voorschrijven van geneesmiddelen, klinische biologie of medische beeldvorming.” De huidige pandemie maakt volgens Vandenbroucke eens te meer duidelijk dat hervormingen dringend noodzakelijk zijn.

Filip Ceulemans