Riziv brengt gebruik van geneesmiddelen bij COPD en astma in kaart

10 aug 2017

In 2013, 2014 en 2015 namen anderhalf miljoen Belgen in de loop van het jaar één of meerdere geneesmiddelen in uit de klasse van geneesmiddelen tegen bronchusobstructie. Dat blijkt uit een document dat het Riziv eind juli publiceerde.

Het aantal patiënten dat in de loop van een kalenderjaar geneesmiddelen tegen bronchusobstructie inneemt, stijgt jaar na jaar. In 2004 werd de kaap van de 1 miljoen patiënten overschreden. In 2013 waren het er 1,46 miljoen, in 2015 1,53 miljoen. Op iets meer dan tien jaar dus een toename met 50%. Het cijfermateriaal haalt het Riziv uit Farmanet.

Op basis van de OECD-databank maakte het Riziv een vergelijking met de verbruikscijfers in andere Europese landen. Het laatste jaar dat een internationale vergelijking toelaat, is 2014. Van de klasse van de bronchodilatantia werd telkens het gebruiksvolume, uitgaande van de DDD, voor elke molecule berekend. ‘Koploer’ is het Verenigd Koninkrijk met ongeveer 94,7 DDD per duizend inwoners per dag. Op grote afstand volgen Finland (69,2), Noorwegen (63,3), Nederland (60,0) en Denemarken (58,9). Na dit kransje ‘noordelijke’ landen volgt België met 52,8 DDD per duizend inwoners per dag. Helemaal onderaan staat Oostenrijk met 20,9.