Proefproject houdt hartpatiënt bij huisarts

23 jan 2020

Een Nederlands proefproject toont aan dat samenwerking tussen huisarts en cardioloog ertoe kan leiden dat een hartpatiënt minder vaak naar het ziekenhuis moet worden doorgestuurd.

Nederlandse huisartsen sturen hartpatiënten vaak snel naar het ziekenhuis omdat ze zelf weinig ervaring met dit type patiënt hebben. Nochtans kunnen patiënten met hartruis, hartkloppingen of pijn op de borst vaak perfect door de huisarts worden geholpen. Een proefproject in Den Haag probeert daar verandering in te brengen. Huisartsen vragen een echo, fietstest, 24-uurs-ECG of CT-scan aan waarna ze het bezoek krijgen van een cardioloog van het Haaglanden Medisch Centrum, die elke maand naar de huisartsenpraktijk afzakt. Op dat moment worden de cardiologische onderzoeksresultaten besproken en wordt bepaald welke patiënten bij de huisarts kunnen blijven en welke patiënten best worden doorverwezen naar de dienst cardiologie van een ziekenhuis. 

De eerste resultaten van het proefproject tonen aan dat minstens de helft van de patiënten op deze manier bij de huisarts kunnen blijven voor hun behandeling. De cardiologen kunnen zich dan concentreren op patiënten die een meer specialistische zorg nodig hebben. Het overleg heeft volgens de deelnemers aan het proefproject nog andere voordelen. Omdat huisarts en cardioloog elkaar beter leren kennen, wordt het contact makkelijker. Tijdens het overleg schuiven meerdere huisartsen aan zodat de opgedane kennis meteen wordt gedeeld. Het is als het ware een bijkomend vormingsmoment.

Het proefproject ging vorig jaar van start met vijf huisartsenpraktijken. Inmiddels nemen er twintig praktijken aan deel en vragen nog steeds huisartsenpraktijken of ze kunnen aansluiten. Het project loopt nog minstens twee jaar.

Filip Ceulemans