Portefeuille voor stomamateriaal

Vanaf vandaag geldt een nieuwe regeling voor het voorschrijven van stomamateriaal. De patiënt krijgt inspraak in de keuze van het materiaal en het beheer van het budget.

Ongeveer 25 0000 Belgen gebruiken dagelijks stomamateriaal. Dat materiaal (onder andere opvangzakjes en andere specifiek verzorgingsmateriaal) werd al grotendeels terugbetaald. Sinds vandaag (1 april) gelden er nieuwe regels die de patiënt meer keuzemogelijkheden biedt.

Dankzij de derdebetalersregeling hoeft de patiënt niets te betalen voor het materiaal zolang hij binnen zijn budget, de zogenoemde virtuele portefeuille, blijft. De virtuele portefeuille wordt door het ziekenfonds geopend wanneer een patiënt aan vier voorwaarden voldoet:

  • de patiënt heeft een stoma en/of fistel van het spijsverterings- en/of urinestelsel;
  • de patiënt beschikt over een specifiek medisch voorschrift voor stomamateriaal van zijn arts;
  • de patiënt is in contact met een erkend bandagist of apotheker-bandagist;
  • het materiaal dat de patiënt bestelt via de bandagist, staat op de lijst met vergoedbare producten.

Niet elke patiënt krijgt een even groot budget ter beschikking. De grootte hiervan wordt bepaald door de arts die kijkt naar de specifiek situatie en noden. De portefeuille is steeds geldig voor een periode van drie maanden en wordt aan het begin van elk trimester opnieuw aangevuld. Is een deel van het budget in deze drie maanden niet opgebruikt, dan kan het restant niet worden meegenomen naar de volgende periode. Concreet wordt er gewerkt in twee fases. De periode van de eerste drie maanden wordt de leerfase genoemd en start vanaf de eerste ambulante aflevering na elke operatieve ingreep aan een stoma en/of fistel. In de deze periode is het budget iets hoger zodat de patiënt kan wennen aan het gebruik van het materiaal. Vanaf de vierde maande start de stabielere opvolgfase.

De patiënt ontvangt ook een stomakaftje dat dienst doet als communicatiemiddel met al zijn zorgverstrekkers. In principe wordt het stomakaftje ingevuld door de bandagist na elk contact. Het bevat kopieën van de voorschriften, de getuigschriften van aflevering van stomamateriaal en de notities van de contactmomenten met de (apotheker-)bandagist. Ook andere zorgverstrekkers – zoals artsen – worden aangemoedigd om notities te maken in het stomakaftje.

Om toegang te krijgen tot de virtuele portefeuille moet de patiënt beschikken over een specifiek door zijn arts voorgeschreven voorschrift. De arts moet dit voorschrift enkel afleveren bij een nieuwe stoma, na een operatie aan een bestaande stoma, wanneer er een verandering optreedt in de situatie (convex, concaaf of uitzonderlijke situatie), bij hernieuwing voor convex, concaaf of uitzonderlijke situatie nadat het vorige voorschrift is vervallen, bij een eerste set voor manuele irrigatie en bij een eerste irrigatiepomp nadat een patiënt zes maanden manuele irrigatie heeft gedaan.

Filip Ceulemans