Voor het vijfde opeenvolgde jaar neemt het aantal geboortes in Vlaanderen af. Dat is een van de opvallende cijfers die te lezen staan in het jaarlijkse rapport van het Studiecentrum Perinatale Epidemiologie (SPE).
De tendens dat er steeds minder kinderen in Vlaanderen geboren worden, is bepaald verontrustend te noemen met het oog op de vergrijzing van de bevolking. Het SPE ziet echter licht aan het einde van de tunnel. Omdat het aandeel van de ‘eerst barende vrouwen’ lichtjes steeg in vergelijking met 2014 (44,4%) wordt niet verwacht dat de nataliteit verder zal dalen. Een tendens die bevestigd wordt, is die van de late bevalling. In 2015 was de gemiddelde leeftijd bij de eerste bevalling 28,8 jaar. 14% van de vrouwen is tussen 35 en 40 jaar op het moment van de bevalling. Het aantal 40-plussers neemt eveneens toe (2,7%). In 1991 was dat 0,8%.
Het SPE pakt ook uit met positieve cijfers. De perinatale sterfte was nooit lager dan vorig jaar met minder dan zes per duizend geboorten. Ook het aantal tienerzwangerschappen neemt af. Slechts een vrouw op 76 is jonger dan twintig jaar op het moment van de bevalling. Voor het eerst sinds de registratie van de gegevens bevalt meer dan de helft van de vrouwen zonder knip (52,8%). Het percentage keizersneden blijft weliswaar hoog (20,5%), maar voor het eerst sinds vele jaren is er sprake van een lichte daling (-0,1%). Het aantal kinderen dat verwekt werd door middel van medisch geassisteerde bevruchting was nooit eerder zo hoog als in 2015 (7%), maar het aantal meerlingen na IVF of ICSI nam wel beduidend af (-2,6%).
Zie ook: De rapporten van het SPE op de site van het Agentschap Zorg & Gezondheid.