De Nederlandse minister van Volksgezondheid, Edith Schippers, ziet wel graten in een opmerkelijk voorstel van het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Dat stelt voor een ‘no cure, no pay’-principe toe te passen op nieuwe, dure geneesmiddelen.
Het voorstel van het College van zorgverzekeraars is heel eenvoudig: heeft de patiënt baat bij een geneesmiddel, dan dekt de verzekeraar de kosten. Stelt men geen effect vast, dan krijgt de producent van het geneesmiddel de factuur gepresenteerd. Een idee waar ontslagnemend minister van Volksgezondheid Schippers wel oren naar heeft. In een interview aan BNR Nieuwszender gaf ze wel mee dat dit niet voor alle geneesmiddelen kan gelden. “Dit is echt een principe dat voor nieuwe, dure geneesmiddeln geldt die hun werking nog moeten bewijzen. Voor geneesmiddelen die al heel lang op de markt zijn, waar we allerlei varianten van hebben en waarvan de prijzen ook echt laag zijn, heeft dit weinig zin.”
De zorgverzekeraars zelf hebben niet op het fiat van de minister gewacht en passen het principe al toe voor het nieuwe geneesmiddelen omalizumab, dat gebruikt wordt bij de behandeling van patiënten die met ernstige astma te kampen hebben. Volgens de verzekeraars slaat het geneesmiddel aan bij zeven op de tien patiënten. Dat betekent uiteraard dat het bij drie op de tien niet aanslaat. Kostprijs van een behandeling: 16.000 euro op jaarbasis. Ondertussen maakte het CVZ hierover een afspraak met patiënten, longartsen en de fabrikant die het product op de markt brengt (Novartis). Het CVZ verwacht dat deze afspraak een besparing zal opleveren van 1 à 2 miljoen euro.