Medicomut bereikt akkoord voor 2013 en 2014

24 jan 2013

De onderhandelaars van artsen en ziekenfondsen bereikten gisterenavond een akkoord over een conventie voor 2013 en 2014. Onder andere voor de huisartsenwachtposten wordt extra geld vrijgemaakt. De honoraria worden met 2% geïndexeerd.

Eind vorig jaar zag het er niet naar uit dat er snel een akkoord zou bereikt worden binnen de medicomut. De gesprekken werden in december stopgezet nadat de Bvas weigerde verder te onderhandelen uit onvrede met sommige punten uit de zogenaamde wet  ‘toegankelijkheid’. Meer bepaald de afschaffing van de ereloonsupplementen in gemeenschappelijke en tweepersoonskamers in ziekenhuizen en de invoering van de verplichte regeling sociale derde betaler zaten het syndicaat dwars. Pas de tweede week van januari werden de gesprekken hervat. Het is dan ook enigszins verrassend dat er amper twee weken later al een akkoord op tafel ligt. De financieel penibele omstandigheden waren nochtans niet van die aard om de gesprekken te vergemakkelijken. 

Iets waar steeds met veel aandacht naar uitgekeken wordt, is de indexering van de erelonen. Op 1 februari mogen de honoraria voor raadplegingen en huisbezoeken met 2% geïndexeerd worden. Voor de huisartsen voorziet het akkoord verder dat de creatie van nieuwe en het functioneren van al bestaande huisartsenwachtposten in de toekomst niet zal moeten worden gefinancierd door een gedeeltelijke indexinlevering. De avondraadpleging (tussen 18 en 21 uur) van huisartsen wordt met 1 euro opgewaardeerd, zonder dat dit de patiënt iets extra kost. Voor de specialisten wordt er 13,5 miljoen euro uitgetrokken voor de opwaardering van een aantal verstrekkingen in de chirurgie, in de raadplegingen, in de consulten aan bed bij in het ziekenhuis opgenomen patiënten en voor de zwangerschapsechografie.

Het sociaal statuut wordt zowel voor de volledig als voor de gedeeltelijk geconventioneerde artsen geïndexeerd. De indexmassa van de maand januari 2013 wordt grotendeels gerecupereerd dankzij een eenmalige toeslag. Dat alles gebeurt binnen een budget dat slechts met 3,43% stijgt in vergelijking met het budget van vorig jaar. Dat is beduidend minder dan de wettelijk voorziene norm (2%) en de normale index (2,76%). 


Zie ook: