Op 6 februari 2024 werd door het federaal parlement de wet tot wijziging van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt en tot wijziging van bepalingen inzake rechten van de patiënt in andere wetten inzake gezondheid goedgekeurd.
De hoofddoelstelling was om de bestaande regels omtrent de patiëntenrechten te moderniseren en aan te passen aan de nieuwe evoluties in de gezondheidszorg.
In de vernieuwde Wet Patiëntenrechten werden de term beroepsbeoefenaar vervangen door gezondheidszorgbeoefenaar. Ook de definitie van patiënt werd aangepast om rekening te houden met het feit dat deze participatief is geworden. Ook werd het onderscheid tussen de vertrouwenspersoon en de vertegenwoordiger uitdrukkelijk in de wet opgenomen.
Een van de voornaamste kenmerken van deze vernieuwde wet is de nadruk die er wordt gelegd op het recht van de patiënt om toegang te hebben tot uitgebreide en begrijpelijke informatie over zijn gezondheidstoestand en medische zorg. Zo wordt vooreerst de verstrekte informatie aangepast aan de persoonlijke situatie van de patiënt. De patiënt kan vragen dat de informatie die hem wordt gegeven, ook schriftelijk wordt bevestigd.
Zorgverleners worden aangespoord om transparantie te bieden, educatie te bevorderen en samen met de patiënt beslissingen te nemen die in lijn liggen met hun individuele behoeften en voorkeuren. De nieuwe wet voorziet uitdrukkelijk in een vroegtijdige zorgplanning.
De patiënt heeft het recht om zijn volledige patiëntendossier in te kijken. Voortaan heeft hij ook recht op uitleg over de inhoud van zijn dossier. Dit recht op uitleg biedt de zorgverlener de mogelijkheid om toelichting te geven bij het dossier om te voorkomen dat de patiënt bepaalde passages verkeerd interpreteert. De vertrouwenspersoon mag de patiënt bijstaan bij de raadpleging van zijn patiëntendossier. De vertrouwenspersoon kan door de patiënt worden gemachtigd om het recht op raadpleging namens hem uit te oefenen.
Na het overlijden van een minderjarige patiënt heeft zijn vertegenwoordiger het recht om het dossier van deze patiënt rechtstreeks te raadplegen en een kopie te verkrijgen, tenzij de patiënt, die redelijkerwijs in staat is om zijn belangen te beoordelen, te kennen heeft gegeven deze raadpleging of dit verzoek om een kopie te weigeren.
Ook wordt het regelgevend kader aangepast aan de digitale evolutie die de laatste decennia heeft plaatsgevonden. De patiënt heeft voortaan het recht om gebruik te maken van digitale hulpmiddelen om hun gezondheid te bewaken of informatie te delen met zorgverleners en op afstand zorg te ontvangen wanneer dat nodig is. Zo zal het voortaan verplicht zijn voor zorgverleners om de patiëntengegevens beschikbaar te stellen via de door de overheid gevalideerde platformen. Het belang tot waarborgen van de vertrouwelijkheid van medische gegevens wordt wel benadrukt.
Yente Reinenbergh
Jurist