Deontologische vragen bij afsluiten verzekeringscontract

Mag een behandelend arts een medisch document invullen dat nodig is voor het afsluiten of uitvoeren van een verzekeringscontract? De Nationale Raad van de Orde der Artsen boog zich over de vraag of dat strookt met de medische deontologie. 

De medische deontologie verbiedt om de rol van zorgverstrekker met een therapeutische relatie en de beoordeling van de gezondheidstoestand van eenzelfde patiënt gelijktijdig uit te voeren wanneer deze vraag uitgaat van een derde. Zo staat het in artikel 43 van de Code van medische deontologie. Wanneer het de patiënt is die de vraag stelt, kan de behandelende arts aanvaarden de medische documenten in te vullen die nodig zijn voor het afsluiten of het uitvoeren van een verzekeringscontract sector leven (levensverzekering, schuldsaldoverzekering, gewaarborgd loon). De arts gebruikt daarbij de gegevens waarover hij als behandelend arts beschikt enkel mits uitdrukkelijk akkoord van de patiënt.  

De arts legt aan de patiënt daarom duidelijk uit welke gegevens hij bekendmaakt in het medisch document zodat de patiënt perfect op de hoogte is van de inhoud. Zo kan hij – op grond van zijn zelfbeschikkingsrecht – beslissen welke gegevens worden gebruikt. Verzet de patiënt zich tegen de bekendmaking van bepaalde gegevens, dan beoordeelt de arts of hij moet weigeren het document op te stellen. Het weglaten van bepaalde gegevens kan immers de oprechtheid van de verklaringen aantasten. De arts behoudt steeds de verantwoordelijkheid om bij het opstellen van een medisch document de principes van oprechtheid, objectiviteit, voorzichtigheid en discretie in acht te nemen. Vindt de behandelende arts dat hij het document niet kan opmaken, dan stuurt hij de patiënt door naar een arts gespecialiseerd in verzekeringsgeneeskunde en medische expertise. Hij doet dat ook wanneer hij meent dat er een bijzondere technische kennis vereist is om de documenten in te vullen of de patiënt in te lichten over zijn rechten. 

Filip Ceulemans