De gemiddelde Belg leidt een wel erg zittend bestaan. Dat blijkt uit nieuwe gegevens uit de Nationale Voedselconsumptiepeiling die het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) vandaag bekend maakte.
De helft van de kinderen tussen 6 en 9 jaar en meer dan twee derde van de adolescenten tussen 10 en 17 jaar voldoet niet aan de aanbeveling van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) om minstens een uur per dag matig tot zware lichamelijke activiteit uit te oefenen. Dit is een van de meest opmerkelijke, en meteen ook een van de meest verontrustende cijfers uit het derde luik van de Nationale Voedselconsumptiepeiling die het WIV vandaag bekendmaakte. De voordelen van lichaamsbeweging zijn nochtans algemeen bekend. Amper één kind op vijf (tussen 3 en 9 jaar) gaat uitsluitend met de fiets of te voet naar school. Opvallend is nog dat de adolescent een meer sedentair leven leidt dan de volwassene: respectievelijk gemiddeld negen en zes uur sedentaire activiteiten per dag.
Zowel het WIV als de FOD Volksgezondheid, de opdrachtgever van de peiling, pleiten voor initiatieven die het sedentair gedrag van jongeren kunnen inperken. “Zo kunnen ouders bijvoorbeeld hun kinderen aansporen om buiten te spelen en zelf meer buitenactiviteiten ondernemen.” Maar ook de promotie van sport op school, zowel binnen als buiten de schooluren, moet zeker onderzocht worden. Elementen die lichaamsbeweging positief kunnen beïnvloeden zijn buurtspeelpleinen, fiets- en voetpaden en een groter veiligheidsgevoel.