Bijkomende taken voor zorgkundige

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) publiceerde in het Belgisch Staatsblad een Koninklijk Besluit dat het takenpakket van de zorgkundigen gevoelig uitbreidt.

Momenteel telt België ongeveer 127 500 zorgkundigen. Dat zijn mensen die aan het werk zijn bij patiënten thuis, in rusthuizen, ziekenhuizen en andere zorginstellingen. Tot voor kort mochten ze achttien taken uitvoeren na delegatie door een verpleegkundige (hygiënische verzorging van patiënten, meten van de polsslag en de lichaamstemperatuur, preventieve maatregelen om infecties of doorligwonden te voorkomen enzovoort). In het kader van de omzetting van de Europese richtlijn over de opleiding tot verpleegkundige en de invoering van een wettelijk kader voor de verpleegkundig specialist is dit een nieuwe stap in de modernisering van het verpleegkundig domein.

“Door hun takenpakket te verruimen, versterken we hun rol”, zegt minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD). “Zorgkundigen zien hun bevoegdheden uitgebreid, verpleegkundigen kunnen rekenen op een betere ondersteuning en de patiënt krijgt steeds de zorg van de best geplaatste zorgverstrekker. Verpleegkundigen krijgen tijd vrij om hun meer gespecialiseerde kennis en kunde in te zetten.” Met KB speelt de minister in op een vraag die al langer op het terrein leeft.

Om hun uitgebreid takenpakket te kunnen vervullen, moeten zorgkundigen wel een opleiding van 150 uur volgen. Het is aan de deelstaten om de basisopleiding tot zorgkundige aan te passen vanaf 1 september 2019 zodat alle zorgkundigen die in de toekomst afstuderen over de juiste competenties beschikken. Wie al aan de slag is als zorgkundige, moet de bijkomende opleiding volgen. Concreet krijgen zorgkundigen er vijf taken bij:

  • Meten van de parameters van de verschillende biologische functiestelsels, met inbegrip van glycemiemeting door capillaire bloedafname. De zorgkundige moet de resultaten van deze metingen tijdig en accuraat rapporteren aan de verpleegkundige.
  • Toedienen van medicatie die is voorbereid door een verpleegkundige of een apotheker (met uitsluiting van verdovende middelen) op de volgende manieren: oraal (inclusief inhalatie), rectaal, oogindruppeling, oorindruppeling, percutaan, subcutaan (enkel gefractioneerde heparine).
  • Oraal toedienen van voeding en vocht.
  • Manueel verwijderen van fecalomen (verharde brokjes stoelgang).
  • Verwijderen en opnieuw aanbrengen van verbanden en van kousen ter preventie en/of behandeling van veneuze aandoeningen.

Filip Ceulemans