Een recente studie van FeBelGen, de koepel van de producenten van generische geneesmiddelen en biosimilars in België, toont aan dat de introductie van vijftien bijkomende generieke geneesmiddelen in de loop van 2015 en 2016 jaarlijks een besparing van 68 miljoen euro oplevert.
In de loop van 2015 en 2016 kwamen er vijftien generieke geneesmiddelen tegen diverse aandoeningen (ziekte van Parkinson, bepaalde psychosen, hoge bloeddruk, astma, depressie, osteoporose, bepaalde ontstekingen) op de Belgische markt. Dat brengt het totaal aantal terugbetaalde generische geneesmiddelen die in ons land aangekocht kunnen worden op 251. Volgens een berekening van FeBelGen levert dat de overheid een besparing van minimaal 1,7 miljard euro op.
De sector van de generische geneesmiddelen is zeer te spreken over de intentie van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) om het gebruik van deze geneesmiddelen verder te stimuleren. In dat kader past bijvoorbeeld de beslissing om huisartsen sinds 1 januari te vragen minstens 60% goedkope geneesmiddelen voor te schrijven. “Reeds in mei 2016 waren 52% van de geneesmiddelen die de artsen voorschreven, ’goedkope’ medicijnen. Daarnaast werd in 16% van de gevallen echter nog steeds een duur geneesmiddel voorgeschreven, terwijl voor dezelfde molecules toch een ‘goedkoop’ alternatief voorhanden was. Theoretisch hadden dus reeds in 2016 minstens 68% van de voorgeschreven geneesmiddelen ‘goedkope’ geneesmiddelen kunnen geweest zijn”, stelt Joris Van Assche, afgevaardigd bestuurder van FeBelGen. “Door voor 2017 de doelstelling op 60% te plaatsen, bewandelt de minister de weg van de geleidelijkheid. We juichen dat toe.”
