Wordt huisarts een knelpuntberoep in Nederland?

Het aantal huisartsen met een eigen praktijk neemt stelselmatig af in Nederland. Onder meer de werkdruk is een belangrijke reden voor huisartsen om af te haken, zo blijkt uit een grootschalig onderzoek door dagblad Trouw en tijdschrift De Groene Amsterdammer. 

Uit onderzoek van gezondheidszorgonderzoeksbureau Nivel uit 2021 bleek dat bijna twee derde van de huisartsen-in-opleiding (62%) een eigen praktijk beoogt, terwijl een derde in dienstverband wil werken (34%). Slechts 4% ziet voor zichzelf een toekomst als ‘invaller’ of waarnemer, en soort vliegende huisarts die inspringt daar waar er nood is. De situatie op het terrein geeft echter een volledig ander beeld. In 2019 werkte 20% van de huisartsen als invaller, een verdubbeling in vergelijking met 2010. Het aantal huisartsen met een eigen praktijk neemt intussen stelselmatig af van 84% in 2000 tot 60% in 2019. 

Vorig jaar stopten bovendien 138 huisartsen jonger dan vijftig jaar, een verdubbeling in vergelijking met de jaren voordien. De redenen die worden aangehaald in een bevraging bij 620 huisartsen, zijn vaak erg uiteenlopend: een verstoorde werk-privébalans, zware nacht- en weekenddiensten, tekort aan ondersteunend personeel, een steeds groter wordend takenpakket en hoge huisvestingskosten. De helft van de huisartsen zegt in de gegeven omstandigheden niet te weten of ze binnen vijftien jaar nog steeds huisarts zullen zijn. Voor 12% is dat logisch omdat ze de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt. Een misschien nog verontrustender cijfer: amper 20% is ervan overtuigd binnen vijftien jaar nog steeds huisarts te zijn. 

Vier huisartsen op tien geloven niet dat de vaste huisarts binnen tien jaar nog zal bestaan zoals hij nu bestaat. Het systeem van de waarnemend huisarts is daar zeker niet vreemd aan. Een waarnemend huisarts heeft geen vaste praktijk, maar vult de gaten in. En daar wordt door de praktijkhoudende huisarts vaak zwaar voor betaald. Een waarnemer wordt immers per uur betaald. Normaal draait de prijs ergens tussen 65 en 75 euro per uur, maar als de vraag groter is dan het aanbod, kan dat fors stijgen. De Groene Amsterdammer geeft het voorbeeld van een huisarts die net geen 140 euro per uur wilde betalen aan een waarnemend huisarts die op Koningsdag wilde werken.  

Filip Ceulemans