Wet Patiëntenrechten 2.0: belangrijkste wijzigingen

4 jun 2024

Nu de gezondheidszorg in de afgelopen twintig jaar ingrijpend is veranderd door nieuwe technologieën en een veranderde relatie tussen zorgverlener en patiënt, werd in 2022 duidelijk dat de Wet inzake de rechten van de patiënt uit 2002 dringend aan vernieuwing toe was, ter gelegenheid van haar twintigste verjaardag.

En zo geschiedde.

Op 6 februari 2024 keurde het federaal parlement de Wet tot wijziging van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt goed. Sinds begin maart 2024 is een vernieuwde versie van kracht, ook wel de ‘Wet Patiëntenrechten 2.0’ genoemd.

Maar wat is er precies veranderd voor de zorgverlener in de uitoefening van het (para)medisch beroep? Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste wijzigingen vanuit het perspectief van de zorgverlener.


1. DE MEDEWERKINGSPLICHT VAN DE PATIËNT

Ten eerste werd de medewerkingsplicht van de patiënt geherformuleerd om meer gelijkwaardigheid tussen patiënt en zorgverlener te creëren. Optimale gezondheidszorg is nu een gezamenlijke verantwoordelijkheid van beiden. De patiënt moet de zorgverlener volledig en correct informeren over zijn gezondheidstoestand en de adviezen en instructies van de zorgverlener opvolgen om de zorgverlening en -planning te vergemakkelijken.
Kortom, patiënten moeten hun rechten weloverwogen uitoefenen. De zorgverlener kan de patiënt alleen goed ondersteunen als hij op een verantwoordelijke manier wordt geraadpleegd en betrokken door de patiënt. Echter, deze verplichting is niet absoluut. De zorgverlener moet rekening houden met de gezondheidsgeletterdheid van de patiënt.


2. KWALITEITSVOLLE DIENSTVERLENING

Met betrekking tot het recht op kwaliteitsvolle dienstverlening heeft de wetgever bepaald dat de zorgverlener rekening moet houden met de doelstellingen en waarden van de patiënt en diens zelfbeschikking moet respecteren. De patiënt heeft het recht om voorkeuren en wensen kenbaar te maken. Dit doet echter geen afbreuk aan de diagnostische en therapeutische vrijheid van de zorgverlener. De zorgverlener moet de persoonlijke voorkeuren van de patiënt in acht nemen, maar is niet verplicht deze zonder meer te volgen. Medisch wetenschappelijk oordeel gaat voor als de voorkeuren van de patiënt niet gevolgd kunnen worden.


3. VRIJE KEUZE VAN DE ZORGVERLENER

Nieuw is de verplichting voor zorgverleners om de patiënt te informeren als ze door maatregelen niet meer voldoen aan de voorwaarden voor het uitoefenen van hun beroep. Denk hierbij aan tuchtbeslissingen of administratieve maatregelen. De zorgverlener hoeft de precieze reden niet mee te delen, ter bescherming van zijn privacy. Zorgverleners kunnen er wel voor kiezen deze informatie te delen met de patiënt, met inachtneming van de regels over praktijkinformatie.


4. INFORMATIEVERSTREKKING DOOR DE ZORGVERLENER

De hernieuwde wet benadrukt het belang van informatieverstrekking over de gezondheidstoestand en de vermoedelijke evolutie daarvan, afgestemd op de persoonlijke situatie van de patiënt. Zorgverleners moeten relevante aspecten die het beslissingsproces van de patiënt beïnvloeden nagaan en de patiënt actief betrekken door vragen te stimuleren. Kwaliteitsvolle informatieverstrekking vereist voldoende tijd en een holistische benadering. Patiënten kunnen nu ook verzoeken om schriftelijke of elektronische bevestiging van informatie.


5. FINANCIËLE INFORMATIEVERSTREKKING

Zorgverleners zijn verplicht de patiënt te informeren over de financiële gevolgen van hun tussenkomst, inclusief eventuele supplementen en niet-vergoede diensten. Deze informatie moet op maat van de patiënt en kwaliteitsvol worden verstrekt.


6. HET PATIËNTENDOSSIER

De vernieuwde wet geeft patiënten recht op toelichting over hun patiëntendossier en schrapt het concept van persoonlijke notities van de zorgverlener. Patiënten krijgen inzage in het volledige dossier, behalve gegevens over derden. Daarnaast hebben patiënten recht op elektronische toegang tot hun gezondheidsgegevens, wat betekent dat zorgverleners verplicht worden om patiëntendossiers elektronisch bij te houden en veilig open te stellen.


7. KLACHTENBEHANDELING

Tot slot is het recht op klachtenbehandeling uitgebreid. Naast het recht op klachtbemiddeling heeft de patiënt nu ook de mogelijkheid om een klacht daadwerkelijk te laten behandelen. Dit houdt in dat er een uitspraak gedaan wordt over de vraag of de zorgverlener één of meer patiëntenrechten heeft geschonden.


BESLUIT

Elk bestaand patiëntenrecht is op een bepaalde manier gewijzigd, sommige met ingrijpender gevolgen voor de zorgverlener dan andere. Het is cruciaal dat zorgverleners deze nieuwe wetgeving naleven, aangezien patiënten nu klachten kunnen laten behandelen door de Federale Commissie voor toezicht op de praktijkvoering in de gezondheidszorg. Deze commissie kan passende maatregelen nemen, die zelfs het visum van de zorgverlener in gevaar kunnen brengen.

 

Yente Reinenbergh
Jurist