Orde vraagt meer aandacht voor genderidentiteit

28 okt 2021

Artsen mogen geen stereotypen en vooroordelen uiten over genderrollen, genderidentiteit en seksualiteit omdat het een rem zet op de toegang tot en de kwaliteit van de zorg. Dat zegt de Nationale Raad van de Orde der Artsen.

Wanneer artsen stereotypen of vooroordelen uiten over LGBT+-patiënten, kan dat bij die patiënt een gevoel van uitsluiting teweegbrengen of kan die patiënt zich niet gerespecteerd voelen. Dat druist in tegen de Hippocratische waarden. De stereotypen en vooroordelen leiden ertoe dat de patiënt zich in zichzelf keert, het gevoel heeft onzichtbaar te zijn, zorg vermijdt die noodzakelijk is en zelfcensuur doet door informatie te verzwijgen uit vrees voor vooroordelen. Zo wordt niet alleen het welzijn van het individu negatief beïnvloed maar krijgt hij ook niet de zorg die zijn toestand vergt.

Door gebruik te maken van een neutrale taal, niet-geslachtsgebonden formuleringen en open vragen met meer antwoordmogelijkheden, geeft de arts de patiënt de kans zich vrijer uit te drukken en toegang te krijgen tot zorg die aangepast is aan zijn persoonlijke situatie. Tekenen van openheid zoals een brochure of een logo in de wachtkamer kunnen de patiënt vertrouwen geven dat de arts met hem begaan is.

De Nationale Raad spoort de universiteiten en artsen ertoe aan hun kennis te ontwikkelen en te onderhouden met oog voor de diversiteit van genderidentiteiten en seksuele geaardheden. Twijfels over genderidentiteit of seksualiteit, in het bijzonder bij adolescenten, het worstelen met de identiteit en de stress en het psychisch lijden in verband met het verzwijgen zijn gezondheidskwesties die meer aandacht moeten krijgen van artsen, vooral in de eerstelijnszorg.

Filip Ceulemans