Kankeropsporing stagneert

Jaarlijks krijgen meer dan 1,6 miljoen Vlamingen een uitnodiging in de bus voor een preventief onderzoek naar borst-, dikkedarm- of baarmoederhalskanker. Het aantal deelnames stagneert. Dat blijkt uit het jaarverslag van het Centrum voor Kankeropsporing, dat de bevolkingsonderzoeken naar kanker coördineert in opdracht van de Vlaamse overheid.

Hoewel er elk jaar meer dan 1,6 miljoen Vlamingen een uitnodiging in de bus krijgen om een preventief kankeronderzoek te laten uitvoeren, wil het Centrum voor Kankeropsporing volgend jaar een tandje hoger schakelen. Het aantal deelnemers aan de onderzoeken stagneert immers. Daarom lanceert de Vlaamse overheid volgend jaar een mediacampagne om mensen te motiveren om aan de screening deel te nemen. Voorts wil de Vlaamse overheid nagaan welke drempels er aangepakt kunnen worden om meer deelnemers te laten deelnemen aan het onderzoek. De aandacht gaat daarbij primordiaal naar personen die nooit deelnemen en naar kwetsbare en moeilijk bereikbare groepen.

Met name het bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker kan beter. Nochtans zijn de resultaten van het onderzoek uitermate positief. Driekwart van de kankers die werden gevonden bij deelnemers aan het bevolkingsonderzoek, bevindt zich in een vroegtijdig stadium (in situ of stadium I) en is dus goed te behandelen. Bij de kankers die worden gevonden buiten het bevolkingsonderzoek, bevindt zich slechts 35% in een vroegtijdig stadium. “Hoewel het belang van dit onderzoek keer op keer wordt aangetoond, doet al jaren slechts de helft van de uitgenodigde personen effectief mee. Vooral de deelname in de nieuwe jongere groepen (leeftijd 50-54) is laag. Dat is verontrustend en een duidelijke reden om meer in te zetten op motiveren tot deelname”, zegt Patrick Martens, directeur van het Centrum voor Kankeropsporing. Men hoopt met een nieuwe, meer gebruiksvriendelijke afnameset die vanaf januari in de bus valt meer mensen te motiveren om het onderzoek te ondergaan. 

De dekkingsgraad voor het borstkankeronderzoek schommelt al enkele jaren rond 64,7%. Dit jaar werden ongeveer 50.000 vrouwen niet tijdig gescreend omdat het bevolkingsonderzoek van eind maart tot eind juni stillag omwille van de COVID-19-pandemie. De Stichting Kankerregister onderzocht de impact hiervan en stelde vast dat de borstkankers nog steeds vroeg genoeg worden gevonden als het screeningsinterval maximaal dertig maanden is, wat neerkomt op een uitstel van zes maanden. Het is wel belangrijk dat een dergelijk uitstel slechts eenmaal voorkomt. Om dat te voorkomen, werd de screening tijdens de tweede coronapiek niet stilgelegd.

In 2018 deed de Wereldgezondheidsorganisatie een oproep om baarmoederhalskanker te elimineren door het halen van drie doelstellingen tegen 2030. De eerste doelstelling – 90% van de 15-jarige meisjes vaccineren tegen HPV – wordt momenteel al gehaald in Vlaanderen. De tweede doelstelling bepaalt dat 70% van de vrouwen gescreend moeten worden op hun 35ste en 45ste en dat er bij 90% opvolging is indien er afwijkingen worden gevonden. Hier voldoet Vlaanderen nog niet. Ten slotte stelt de WGO dat 90% van de vrouwen met een cervixaandoening behandeld moeten worden. 20% van de vrouwen met een afwijkend resultaat heeft momenteel nog geen opvolging gehad. Daarom roept het Centrum voor Kankeropsporing gynaecologen en huisartsen op om verdere opvolging te organiseren voor vrouwen die dit nog niet deden. Omdat deze werkwijze onvoldoende resultaat oplevert, wil de Vlaamse overheid volgend jaar proberen een stap verder te gaan.

Filip Ceulemans