Tussen 12 en 18 januari werd de epidemische drempel voor griep voor het eerst dit winterseizoen overschreden. Van een epidemie is er sprake wanneer dat ook de daaropvolgende week het geval is.
De meest recente cijfers waarover het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid (WIV) beschikt, tonen aan dat de epidemische drempel voor griep voor het eerst dit seizoen werd overschreden. Tussen 12 en 18 januari consulteerden ongeveer 246 mensen per 100.000 inwoners hun huisarts met een griepachtig syndroom. De epidemische drempel is bepaald op 140 per 100.000. Dit is een verdubbeling in vergelijking met de week ervoor (121 per 100.000). bij het WIV vermoedt men dat de griepactiviteit de komende weken nog verder zal toenemen. Wordt de epidemische drempel ook deze week overschreden, dan is er officieel sprake van een griepepidemie.
De stijging van het van het aantal griepgevallen doet zich voor bij personen van 0 tot 65 jaar, maar is vooral uitgesproken bij jonge kinderen tussen 0 en 4 jaar. De virologische analyse toont aan dat het aantal luchtwegstalen dat positief test op het influenzavirus, de laatste weken erg hoog is (>50%). Sinds het begin van het seizoen circuleren er drie influenzavirussen: A(H1N1), A(H3N2) en B. De laatste weken is er een sterk overwicht van A(H3N2) (67%). De A(H1N1) en influenza B subtypes komen overeen met de stam in het vaccin. Voor A(H3N2) circuleert er ook een nieuwe variant die verschilt met de vaccinstam. Het is in dit stadium nog te vroeg om de mogelijke implicatie daarvan op de werkzaamheid van het vaccin in te schatten.
Zie ook: Dossier griep
