Eind dit jaar wordt Severe Combined Immunodeficiency (SCID) de negentiende aangeboren aandoening waarop pasgeboren Vlaamse baby’s worden gescreend.
Vandaag wordt 99% van de baby’s in Vlaanderen gescreend op achttien aangeboren aandoeningen. Met de screening naar Severe Combined Immunodeficiency (SCID) komt daar op 1 december 2024 een negentiende aandoening bij. Dat maakt Vlaams minister van Volksgezondheid Hilde Crevits (CD&V) bekend. Bij kinderen met SCID werkt een deel van de afweer niet goed waardoor ze makkelijker infecties krijgen. Meestal beginnen de klachten in de eerste maanden na de geboorte, maar soms ook pas veel later. De oorzaak van SCID is een genetische afwijking. Hoeveel last een baby van de aandoening ondervindt, varieert van persoon tot persoon. Het neemt niet weg dat kinderen zonder behandeling kunnen overlijden voor ze twee jaar oud zijn.
Het aantal aangeboren ziektes waarop kort na de geboorte wordt gescreend, is de voorbije jaren stelselmatig aangegroeid. Tot 2021 omvatte het screeningsprogramma de opsporing van twaalf zeldzame ziektes. De voorbije twee jaar kwamen er zes nieuwe aandoeningen bij. Ideaal gebeurt de staalafname voor de screening minstens 72 en hoogstens 96 uur na de geboorte. “We mogen trots zijn op het screeningsprogramma dat we in Vlaanderen gratis aanbieden”, zegt Hilde Crevits. “Door de vroegtijdige opsporing kunnen we voor veel kinderen, ouders en gezinnen toch nog een groot verschil maken en meer levenskwaliteit bieden. Ik ben heel tevreden dat we eind dit jaar ook SCID aan het screeningsprogramma kunnen toevoegen en zo meer kinderen tijdig kunnen behandelen en opvolgen.” In totaal investeert Vlaanderen 3,3 miljoen euro in het screeningsprogramma.
Filip Ceulemans
