Orde wil meewerken aan oplossingen artsentekort

De Nationale Raad van de Orde der Artsen roept wetenschappelijke verenigingen, beroepsverenigingen en patiëntenorganisaties op om mee te denken over oplossingen voor zowel de korte als de lange termijn. 

Regelmatig krijgen de provinciale raden en de Nationale Raad van de orde der Artsen klachten van patiënten die geen arts vinden binnen een redelijk tijdsbestek om aan hun hulpvraag tegemoet te komen. Aan de andere kant van het spectrum krijgt Arts in Nood steeds meer hulpvragen van artsen die klagen over een onverantwoorde en ondraaglijke werklast. Meerdere ontredderde artsen lieten de Orde al weten dat ze per direct willen stoppen met hun praktijk. Het tekort aan artsen dat al enkele jaren op de agenda staat, bereikt de laatste tijd dramatische proporties. De middelen om de penurie op te vangen, raken immers stilaan uitgeput. Het aantal uren dat artsen aan hun werkdag kunnen toevoegen om alle patiënten te helpen, is beperkt. 

Het resultaat is op steeds meer plaatsen een patiëntenstop. Het is het laatste middel dat artsen kunnen en willen gebruiken om aan zelfbescherming te doen. Als onvermijdelijk gevolg verplaatst de werklast zich naar andere praktijken of naar de dienst spoedgevallen, met daar oplopende wachttijden en klachten over oneigenlijk gebruik van de dienst tot gevolg. Ook het ‘uitbesteden’ van allerlei zorg aan andere zorgvertrekkers bereikt zijn limieten wil men kwaliteitsvolle zorg blijven nastreven. “Men is op een punt gekomen dat bij elke bijkomende belasting van de arts een domino-effect dreigt te ontstaan waarbij meerdere collega’s tegelijk en definitief zullen afhaken en de gezondheidzorg voor een ernstige crisis komt te staan”, stelt de Nationale Raad van de Orde vast. 

“De tijd is aangebroken voor de beleidsvoerders om versneld alle beloofde ondersteunende maatregelen onmiddellijk te implementeren”, haalt de orde uit naar de overheid. De vicieuze cirkel waarbij steeds minder artsen steeds meer taken op zich moeten nemen, dient voor de Orde liever vandaag dan morgen doorbroken te worden. Daarbij is het belangrijk dat de overheid bij de berekening van de toekomstige quota en subquota rekening houdt met enkele gewijzigde factoren zoals de aandacht die artsen steeds meer schenken aan een goede balans tussen werk en privé. Maar ook met massieve uitbraken van infectieziekten of de toenemende agressie tegen artsen moet worden rekening gehouden.  

“We roepen wetenschappelijke verenigingen, beroepsverenigingen en patiëntenorganisaties op om mee te denken over oplossingen voor de korte en de lange termijn en vragen huisartsenkringen en ziekenhuizen redelijke oplossingen te blijven uitwerken om ons zo geroemde systeem van toegankelijke en kwalitatieve zorg te kunnen blijven aanbieden. De Nationale Raad is bereid aan dergelijke initiatieven mee te werken of deze te faciliteren”, besluit de Nationale Raad.  

Filip Ceulemans