Deze week bereikte ons het droevige bericht van het overlijden van Jos Verwilt. Op 84-jarige leeftijd overleed hij thuis rustig op 2 september. Jos Verwilt stond mee aan de wieg van de uitbouw van de toenmalige Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Huisartsen (WVVH).
Jos Verwilt was de eerste administratieve secretaris van de toen nog Wetenschappelijke Vereniging der Vlaamse Huisartsen. We schrijven maart 1969. De jonge vereniging zocht voor zijn uitbreidende activiteiten onder de onweerstaanbare kracht van voorzitter Hugo Janssens een administratieve secretaris, vlakbij de praktijk van Hugo Janssens. Jos combineerde deze post toen met een boekhoudkundige functie in een bedrijf in Borgerhout.
Pionierstijd
Het ging toen maar over enkele uurtjes per week, want de vereniging was allesbehalve rijk en kon geen voltijds iemand veroorloven. Overuren werden niet geteld en Jos deed er onnoemelijk veel, onbetaald… De opdrachten namen toe: brieven en uitnodigingen voor vergaderingen en studiedagen, teksten voor de Centrale Raad en nog zoveel meer. In deze pionierstijd werkte hij voornamelijk thuis, na zijn uren, gezien de vereniging geen eigen huis had. Qua infrastructuur was het ook niet te vergelijken met nu. We leefden nog niet in het digitale tijdperk. De IBM-elektrische typmachines waren toen standaard… Stencils in plaats van fotokopieerapparaten en heel veel handwerk.
De vereniging groeide en de taken namen toe. Ook zijn autonomie bij het uitvoeren van deze taken nam toe. Jos dacht mee en werkte mee bij de opwindende uitbouw van de vereniging. Dat hij dit ondertussen niet allemaal in die enkele uren per week na zijn voltijdse functie kon klaren, spreekt voor zich. Op 1 oktober 1969 kwam hij voltijds in dienst.
Stempel op de WVVH en huisartsgeneeskunde
Van toen heeft hij gedurende twintig jaar zijn stempel gedrukt op de vereniging en op de uitbouw van de huisartsgeneeskunde in Vlaanderen. Al spoedig werd er verhuisd naar de Grote Hondstraat in Berchem en daarna naar het eigen huis in de St.-Hubertusstraat. Het secretariaat groeide en verschillende personeelsleden vervoegden hem.
Naargelang de vereniging groeide, namen de commissies toe en was het onmogelijk om deze allemaal persoonlijk op te volgen. De Centrale Raad en Dagelijks Bestuur konden wel steeds op zijn steun rekenen. Ook de bezinningsweekends, hoogtepunten in de werking van de vereniging, konden steeds op zijn aanwezigheid rekenen. Zijn inbreng was ook niet te onderschatten. Hij was iemand die niet slaafs een vergadering volgde. Met zijn rijke ervaring en mensenkennis, zijn contacten en netwerk kon hij oplossingen suggereren om de wagen vlot trekken. Hij bracht ons dikwijls met onze voeten op de grond zonder onze visie te beperken.
Klankbord en toeverlaat
Voor het personeel was hij een aanspreekpunt. Teruggetrokken in zijn bureau op de tussenverdieping – zo kon hij de drukte van het jong geweld wat vermijden – stond zijn deur steeds open voor een goed gesprek, een luisterend oor of het nu een lid van de vereniging of een personeelslid was. Zovelen hebben hem als klankbord gebruikt. Met raad en daad stond hij eenieder bij en kon eenieder ook op hem rekenen.
Dankbaarheid
Bij het aantreden van Chris Geens in 1990 heeft hij onze vereniging verlaten, zijn troetelkind dat hij heeft helpen groot maken. Jos Van Bragt was de laatste voorzitter die hij ‘diende’ of moet ik zeggen stuurde? Hij kon terugblikken op een mooi carrière: de vereniging stond krachtig in Vlaanderen en daarbuiten, de leden waren met een sterke inhoud actief en het personeelskader en infrastructuur van het huis was uitgebouwd. Hij kon met gerust hart vertrekken. Jos is en was een monument voor onze vereniging waarin hij steeds geïnteresseerd is gebleven. Via zijn dochter, die nog steeds bij ons werkt, en de sporadische formele en informele contacten bleef hij het wel en wee van nabij volgen.
Jos, we zijn je zeer dankbaar voor al wat je gedaan hebt voor de vereniging, voor de huisartsen in Vlaanderen en voor ons.
Aan Maria, de kinderen en kleinkinderen onze innige Christelijke deelneming en dankbaar voor het zo dikwijls ‘lenen’ van Jos.
Dr. Jos De Smedt