Huisarts niet duurder

1 okt 2013

Elk jaar overleggen zorgverzekeraars, overheid en erkende artsensyndicaten of de artsen een indexering krijgen op het ereloon. Na enkele jaren inleveren op die indexering is vorig jaar al overeengekomen dat alle artsen in 2014 naar alle waarschijnlijkheid een normale stijging van hun erelonen zouden krijgen. Voorwaarde was een duidelijke besparing in medicatiegebruik. 

Niet alleen de huisarts, maar ook elke andere specialist heeft in 2014 recht op 1,39% meer ereloon per consultatie. Voor de huisartsen betekent dit dat het ereloon vanaf 1 januari 24,48 euro bedraagt i.p.v. 24,15 euro nu. 

Patiënten trekken per 1 januari 20,48 euro terug i.p.v. 20,15 euro (resp. 23,48 en 23,15 euro voor de Omnio-statuten), indien ze een globaal medisch dossier (GMD) hebben. Het remgeld op consultaties bij de huisarts is al enkele jaren geplafonneerd, zodat het aandeel van de patiënt behouden blijft op 4 euro (met GMD, zonder Omnio) en 1 euro (met GMD, met Omnio). 

Ook in absolute cijfers per consultatie blijft de huisarts het goedkoopst voor de patiënt. Door het consulteren van een vaste huisartsenpraktijk bespaart de patiënt ook op consultaties bij de andere orgaanspecifieke specialisten indien de huisarts gericht doorverwijst. Het correct gebruik van de eerste lijn vermijdt overconsumptie van duurdere specialistische zorg en geeft een directe besparing op de uitgaven in de gezondheidszorg. 

Daarnaast is de huisartsenpraktijk de spil en de vertrouwenspersoon in de coördinatie van de zorg. Zonder deze functie mist elke inwoner van dit land het totale perspectief op het bewaren van gezondheid en het begeleiden van langdurige en chronische ziekten.

Maaike Van Overloop
Voorzitter Domus Medica vzw.