Hervorming Impulseo goedgekeurd door Vlaamse Regering

Op 26 juni 2020 schafte de Vlaamse Regering de vestigingspremie af, één van de 3 ondersteuningsmogelijkheden binnen Impulseo. Op dat moment beloofde de Vlaamse Regering om extra te investeren in de renteloze lening en de tussenkomst van de loonkost bij samenwerking in de praktijk. Na een lang traject met verschillende werkgroepen keurde de Vlaamse Regering op 12 november 2021 een principenota goed rond de hervorming van Impulseo.  De Vlaamse regering wil op deze manier investeren in de ondersteuning en uitbouw van huisartsenpraktijken in Vlaanderen, met extra incentives indien er stappen worden gezet richting interdisciplinaire praktijkvoering. 

Kanttekeningen van Domus Medica

Domus Medica nam kennis van de goedgekeurde nota en heeft een aantal ernstige kanttekeningen. Deze kanttekeningen maakte Domus Medica herhaaldelijke keren over aan de Vlaamse Regering. 

Ten eerste is Domus Medica ontgoocheld dat er niet meer budget geïnvesteerd wordt in de huisartsenpraktijken die een essentiële rol spelen in de toegankelijke en kwalitatieve gezondheidszorg in Vlaanderen.
Ten tweede is het enorm teleurstellend dat het telesecretariaat binnen twee jaar wordt afgeschaft, dit terwijl artsen de afgelopen twee jaren het beste van zichzelf hebben gegeven in de COVID-periode.  

Naast de kanttekeningen zijn we tevreden om in de nota de grote meerwaarde en de erkenning van de praktijkverpleegkundige in de huisartsenpraktijk terug te vinden. Tegelijkertijd wordt er geïnvesteerd in de opleiding van medewerkers van een huisartsenpraktijk.  

Meer informatie over de hervorming 

Bij de hervorming van Impulseo is er vertrokken van twee basisprincipes om multidisciplinaire praktijkvormen te ondersteunen: 

  • Ondersteuning van het samenwerkingsverband zelf  
  • Initiëren van kwaliteitsdenken binnen het samenwerkingsverband 

De Vlaamse Regering probeerde deze basisprincipes door te trekken in alle operationele beslissingen binnen de hervorming van Impulseo. 

Renteloze lening 

Elke startende, erkende huisarts komt in aanmerking voor de renteloze lening van 35.000 euro voor de uitbouw van een huisartsenpraktijk. Daarnaast kan elke startende, erkende huisarts aanspraak maken op een extra leningsbedrag van 10.000 euro indien bijkomend wordt geïnvesteerd in samenwerking met andere zorgdisciplines in de praktijk. Voor het extra bedrag worden voorwaarden gesteld (zie onderaan belangrijke voorwaarden). 

Subsidiepremie voor loonkost multidisciplinaire praktijkvormen 

De Vlaamse Regering koos ervoor om de premie voor telesecretariaat te beperken. Enkel startende huisartsen zullen deze nog kunnen aanvragen voor een maximumperiode van vijf jaar en voor een bedrag van max. 3.400 euro. Voor de huisartsen die nu al werken met een telesecretariaat wordt een uitdoofscenario voorzien van twee jaar om de premie nog te ontvangen. De premie kan niet gecombineerd worden met de premie voor loonkost. 

De jaarlijkse basispremie van max. 6.700 euro als tegemoetkoming in de loonkost van (een) extra medewerker(s) blijft bestaan. Nieuw is dat deze premie nu aangevraagd kan worden voor administratieve praktijkondersteuning en/of een praktijkverpleegkundige. Bovenop dit bedrag kan jaarlijks een surplus worden gegeven van 800 euro als de huisarts inzet op extra vorming voor de verdere professionalisering van de medewerkers. Om in aanmerking te komen voor dit surplus dient de tewerkgestelde praktijkassistente of verpleegkundige 12 uren geaccrediteerde navorming te volgen binnen een periode van drie jaar. Minstens drie uur hiervan wordt gevolgd samen met de betrokken huisarts(en). De navorming dient zich te richten op geïntegreerd samenwerken, zorgcoördinatie en populatiegerichte zorg.  

Belangrijke voorwaarden voor het aanvragen van de renteloze lening en de premie loonkost 

  • Erkende huisarts in combinatie met een contractueel tewerkgestelde (= verbonden door een arbeidsovereenkomst): 
    • Ofwel praktijkassistentie; 
    • Ofwel een praktijkverpleegkundige. 
  • De tewerkstelling van de extra discipline moet minimaal 1/3 VTE bedragen. Er dient aangetoond te worden dat de arts die de premie aanvraagt voor minimaal 25% bijdraagt aan de tewerkstelling en de loonkost van de extra discipline binnen de eigen praktijk of in een samenwerking met andere praktijken. 
  • De huisarts die de basispremie aanvraagt, is ingeschreven in de huisartsenkring van zijn werkingsgebied