Willen we een maximale vaccinatiegraad bereiken, is het noodzakelijk dat hulpverleners precies weten wie niet om een prikje kwam. Over die info beschikken de eerstelijnszones vandaag niet. “Geef ons de tools en toegang tot de data”, klinkt het dan ook in een open brief.
De vaccinatiecampagne raakt op kruissnelheid. Goed nieuws, want alleen via massale inenting kunnen we uit de coronacrisis geraken. Maar de cijfers tonen aan de vaccinatiegraad niet overal even hoog ligt: vooral mensen in kansarme wijken en mensen met minder toegang tot zorg worden minder gevaccineerd. In eigen land zien we dat fenomeen bijvoorbeeld in Brussel, maar in de grote Nederlandse steden doet zich hetzelfde voor.
Meerdere barrières
“Er zijn verschillende redenen waarom mensen niet komen opdagen voor hun prikje”, zegt prof. Dr. Josefien Van Olmen, huisarts en als onderzoeker verbonden aan de Universiteit Antwerpen. “Sommigen weigeren radicaal hun vaccinatie, maar vaak zijn er ook praktische of sociale barrières. De brief is moeilijk leesbaar, bij het maken van een afspraak druk je makkelijk op een verkeerde knop en sommige mensen hebben even andere prioriteiten, om maar enkele dingen te noemen.”
Probleem: de medische experts en de populatiemanagers van de eerstelijnszones, die verantwoordelijk zijn voor de lokale uitrol van de vaccinatiecampagne, hebben vandaag onvoldoende zicht op de situatie in hun regio. Ze weten wat de algemene vaccinatiegraad is, maar ze weten niet hoeveel mensen het vaccin effectief weigerden, hoeveel mensen de uitnodiging ongelezen op tafel lieten liggen, hoeveel mensen door een eventuele fout geen uitnodiging ontvingen.
Respect voor de privacy
“We kunnen dus ook geen contact opnemen met die mensen en hen hulp aanbieden”, vertelt Dr. Stefaan van der Borght, populatiemanager bij de Antwerpse eerstelijnszones. “Als wij over gedetailleerdere informatie zouden beschikken, kunnen we daar gericht op werken. Gerichte communicatie is efficiënter dan algemene voorlichting. De huisartsen weten wél wie van hun patiënten gevaccineerd is, wie geweigerd of niet gereageerd heeft. Maar de meeste huisartsen focussen – begrijpelijkerwijs – op goede individuele patiëntenzorg, niet op management van hun populatie als geheel. En bovendien heeft in sommige buurten tot 30% van de bewoners geen vaste huisarts.”
De onderzoekers en de experts uit de eerstelijnszones pleiten er dus voor dat zij de tools en de data zouden kunnen krijgen om zo doelgericht mogelijk te kunnen werken. Privacy blijft daarbij van het grootste belang. “De set gegevens dient zo minimaal mogelijk te zijn”, zegt Stefan Morreel, huisarts en medisch expert bij de Eerstelijnszone Antwerpen Oost. “Bijvoorbeeld: naam, straat, geboortejaar en huidige vaccinatiestatus (wachtend op eerste dosis, geweigerd, …). De European Data Protection Board liet vorig jaar reeds weten dat persoonlijke informatie mag worden gebruikt zonder toestemming van de betrokkene, als het belang voor de volksgezondheid groot is.”
Volgende experts en populatiemanagers uit de eerstelijnszones ondertekenden een open brief:
Dr. Stefan Morreel
Huisarts WGC 't Spoor en medisch expert Eerstelijnszone Antwerpen Oost
Prof. Dr. Josefien Van Olmen
Huisarts, onderzoeker UAntwerpen
Dr. Stefaan van der Borght en Britt Vermeiren
Populatiemanagers voor de Antwerpse Eerstelijnszones
Joris Poels
Populatiemanager Eerstelijnszone Pallieterland
Elke Van Hevele
Populatiemanager Stad Gent