Themadossier Problematisch alcoholgebruik

Wat is aanvaardbaar alcoholgebruik?

Alcohol heeft op wetenschappelijke basis geen gezondheidsvoordelen. Om alcohol op een veilig manier te gebruiken, kunnen deze regels worden aanbevolen:

  1. Drink nooit meer dan 10 eenheden alcohol per week (één eenheid =  één glas wijn, bier, ...)
  2. Als je drinkt, drink dan niet meer dan 3 eenheden per gelegenheid
  3. Drink enkele dagen in de week niet.

Wat is de rol voor huisartsen bij problematisch alcoholgebruik?

De huisarts is goed geplaatst om problematisch alcoholgebruik vroegtijdig te identificeren, zelf te behandelen of de patiënt door te verwijzen naar gespecialiseerde hulpverlening. Hij is immers vrijwel continu bereikbaar en toegankelijk en heeft in de loop der jaren vaak een solide vertrouwensrelatie opgebouwd met patiënten.

Hoe sneller personen met een alcoholprobleem worden opgespoord, hoe groter de kans is om alcoholafhankelijkheid te vermijden. Zonder vroegtijdige detectie, zal ongeveer 16% van de problematische drinkers een alcoholafhankelijkheid ontwikkelen.

Wanneer screenen op problematisch alcoholgebruik?

Bij welke signalen denken aan  problematisch alcoholgebruik ?:

  • Psychische en sociale problemen, gecombineerd met slaapproblemen
  • Veelvuldig gebruik en vraag naar kalmeringsmiddelen 
  • Veelvuldige consulten met wisselende en onduidelijke klachten
  • Diverse lichamelijke klachten of frequente raadplegingen 

Wanneer altijd screenen naar problematisch alcoholgebruik?

  • Altijd bij psychiatrische aandoeningen, screenen op middelengebruik

Hoe bevragen van problematisch alcoholgebruik?

Afhankelijk van de doelgroep kan je problematisch alcoholgebruik, op een andere manier bevragen

  • Audit C: is een vragenlijst die je kan gebruiken voor alle patiënten. Na invullen van de vragenlijst, krijg je een score die bepaald of er sprake is van problematisch alcoholgebruik en/ of er doorverwijzing naar gespecialiseerde hulp aangeraden is. Meer uitleg over hoe de vragenlijst in te vullen, kan je in de richtlijn over problematisch alcoholgebruik terugvinden. 
  • Specifiek voor jongeren, bestaat er de CRAFT bevraging (CAR, Relax, Alone, Forget, Friends, Trouble) 
    • bij een "nee" op de eerste drie vragen, moet je vraag 4, 5 en 6 niet meer stellen
    • bij minstens 2 keer ja, is er een hoog risico op een alcohol- of drugsprobleem en is er meer onderzoek nodig.
  1. Heb je ooit in een auto gereden bij iemand (of jezelf) die dronken of "high" achter het stuur zat?
  2. Gebruik je alcohol of drugs om te ontspannen, je beter te voelen over jezelf of erbij te horen?
  3. Gebruik je wel eens alcohol of drugs als je alleen bent?
  4. Ben je weleens dingen vergeten die je deed toen je alcohol of drugs gebruikte? 
  5. Zeggen familie of vrienden wel eens dat je jouw drank- of druggebruik zou moeten verminderen?
  6. Ben je weleens in de problemen gekomen toen je alcohol of drugs gebruikte?

Welke interventies zijn doeltreffend?

Korte interventie

Voor de keuze van interventie, moet de huisarts eerst nagaan of de patiënt zich wil laten helpen. Als patiënt zich niet wil laten helpen, dan kan je enkel een korte interventie toepassen of kort advies geven.

Een kort advies bevat feedback en informatie. De feedback heeft betrekking op het alcoholgebruik dat de huisarts heeft vastgesteld. De informatie omvat enerzijds uitleg over de potentiële gezondheidsproblemen en risico’s van het alcoholgebruik en anderzijds worden de grenzen van aanvaardbaar alcoholgebruik aangehaald en/of wordt de vergelijking gemaakt tussen het drinkpatroon van de patiënt en de consumptieniveaus in de algemene bevolking. (Meer uitleg over korte interventie: zie de richtlijn op pagina 144) 

Andere ondersteunende interventies

Starten met psychologische aanpak

De eerste stap is om het vertrouwen van de patiënt te winnen om zijn/ haar verhaal te vertellen en aan het schuldgevoel te werken.

Nadat de patiënt zijn/ haar verhaal heeft gedaan, kan de arts werken aan het schuldgevoel. Leg uit waarom hij/ zij een probleem heeft gekregen. Alcoholverslaving wordt door alcoholdehyrogenase bepaald, de hoeveelheid aan die stof die we aanmaken is genetisch bepaald. Hoe meer deze stof wordt aangemaakt, hoe kleiner de kans op verslaving (maar grotere kans op bepaalde vormen van kanker). De verslavingskans is voor 50% bepaald door deze genetische factoren, de overige 50% zijn bepaald door toevallige omgevingsfactoren.

De tweede stap is om concrete stressfactoren in kaart te brengen (sociale problemen, financiële problemen, ...) Die verschillende stressfactoren kunnen een trigger zijn voor herval.

  1. Door de stressfactoren in kaart te brengen, wordt de bestaande situatie aanvaard.
  2. Door de stressfactoren te delen, staat de patiënt er niet meer alleen voor.
  3. Door de stressfactoren in kaart te brengen, kan de patiënt samen met de arts plannen maken, om uit de situatie te raken?

Motivatie aanbrengen

Om de patiënt aan te moedigen om zijn/ haar plannen vol te houden, kan je de nadruk leggen op de voordelen ervan.

  • De gezondheid van de patiënt zal verbeteren. Kies hiervoor gezondheidsitems die voor de patiënt relevant zijn (frequente verkoudheden, verminderde weerstand tegen ziektes, afnemende verstandelijke vaardigheden, chronisch agressief en impulsief gedrag, ...) 
  • Meer respect krijgen van omgeving
  • Zelfcontrole
  • Zelfrespect, zelfvertrouwen, fier zijn op jezelf als het lukt

Netwerk rond patiënt betrekken

Daarnaast kunnen de familieleden ook worden betrokken bij de plannen. De familieleden gaan ook meer begrip hebben als ze begrijpen waarom de patiënt verslaafd is geraakt.

Verder helpt het ook dat familieleden weten welke verwachtingen de patiënt heeft. 

  • Wat verwacht de andere van mij?
  • Wat kan ik aan de andere bieden, binnen redelijke grenzen?
  • Wat krijg ik terug als ik de verwachtingspatronen van de andere herken en tot uitvoering breng. 

Medicamenteuze behandeling

De medicamenteuze behandeling steunt op de verschillende processen in de hersenen, onder invloed van alcohol:

  1. GABA concentratie stijgt (gamma amino boterzuur) 
  2. Glutamaat concentratie daalt 
  3. Dopamine concentratie daalt 
  4. Serotonine concentratie stijgt
  5. Endorfine concentratie stijgt
  6. Noradrenaline concentratie stijgt

Verschillende medicatie:

  1. Diazepam (valium)
  2. suppiride 50 mg (dogmatil)
  3. Acamprosaat (Campral)
  4. Thiamine (Vit B1)
  5. Disulfiram (Antabuse)
  6. Nalmafeen (Selincro, 18mg)
  7. Naltrexone (naltrexone Accord, 50 mg)
  8. Trazodone (Trazolan, 100mg), Zolpidem (10mg)
  9. Baclofen (Lioresal)
  10. Varia

BCFi Folia bracht in 2016 twee artikels uit rond geneesmiddelen bij alcoholmisbruik:

 

 

Nazorg

Als de therapie werkt, dan moet er nog een plan bestaan, waar de patiënt binnen het bestaande netwerk op kan terugvallen, indien er triggers voor herval zijn.

De huisarts kan regelmatig navragen of de patiënt het kan volhouden, of het ondersteunende netwerk terug actiever moet zijn. Verder moet de voorgeschreven medicatie ook systematisch worden afgebouwd.  

Een eventuele zware herval, kan nog regelmatig en zal vooral in het begin van de behandeling plaatsvinden. Het is belangrijk om het hele schema terug met geduld te doorlopen, de schuldgevoelens opnieuw wegnemen en deels andere accenten te leggen. 

Voor een zekere groep die te lang problematisch alcoholgebruik hebben gehad, zal er eventueel wel moeten doorverwezen worden voor opname in een gespecialiseerde dienst met voldoende structurele nazorg. 

Vorming en Opleiding

E-learning 'Alcohol, laten we erover praten' (FOD Volksgezondheid)

FOD Volksgezondheid ontwikkelde een e-learning 'Alcohol, laten we erover praten'. De e-learning behandelt volgende thema's: 

  • Vroegdetectie, destigmatisering, houding en gemeenschappelijk kader
  • Effecten en risico's van alcohol
  • De gebruiker begeleiden (screening via AUDIT, medicamenteuze behandeling, ...)
  • Doorverwijzen en samenwerken met een netwerk. 

Online vorming 'Productinfo: Alcohol' (VAD)

In deze vorming  wordt bespreken wat alcohol juist is, welke effecten het heeft op het lichaam en op de hersenen. Er wordt dieper ingegaan op de risico’s,  we staan stil bij de vraag ‘hoeveel is te veel?’ en belichten ook het omgaan met problemen. Ten slotte wordt belicht wat de Belgische wet zegt over alcohol. 

Online vorming 'het interventie-continuüm' (VAD)

In deze online vorming krijg je een zicht op de aanpak van middelengebruik, gamen en gokken via preventie, vroeginterventie en hulpverlening in Vlaanderen. Je leert wat de visie en doelstellingen zijn. Daarnaast krijg je beter zicht op wat de aanpak in de praktijk inhoudt.

Online vorming 'motivationele gespreksvoering' (VAD)

In deze online vorming maak je kennis met Motiverende gespreksvoering. Je krijgt meer inzicht in wat maakt dat mensen veranderen en wat motiverende gespreksvoering tot een effectieve gespreksstijl bij verandering maakt. 

Ondersteunend materiaal

Publicatie datum
17 nov 2021