Laat me allereerst stellen dat huisartsgeneeskunde bij uitstek één van de weinige beroepen is met een heel behoorlijke werkzekerheid. We zijn niet talrijk, maar de vraag naar consultaties stijgt elke dag en we bereiken de limiet van wat voor ons als huisartsenpopulatie haalbaar is in prestaties zonder daarbij in te boeten aan kwaliteit.
Bovendien kunnen we, in een maatschappij die kreunt onder de economische crisis, als beroepsgroep stellen dat we ten opzichte van de gemiddelde bevolking geen slecht inkomen hebben.
Wanneer we echter in beschouwing nemen dat de huisartsengroep die hierin geviseerd werd, zijnde 45-55-jarigen, mogen we niet vergeten dat daar gemiddeld minstens 60 werkuren per week tegenover staan, navormingsmomenten buiten rekening gehouden. Daar zit toch een wezenlijk verschil t.o.v. de gemiddelde burger in dit land met een gelijkwaardig opleidingsniveau. Je kan dit misschien eens naast de loonschalen van de universiteiten leggen en vergelijken met academisch personeel met twintig dienstjaren. Deze mensen presteren vergelijkbare uren en ontvangen een vergelijkbaar loon. Wie dit in bediendestatuut kan, krijgt pensioenopbouw die de huisartsen missen, of toch in veel mindere mate vanuit het Riziv krijgen. Ik zet het liever niet naast de cijfers van technische specialismen die uiteindelijk geen dag langer school liepen dan de huisartsen...
Verder denk ik dat je heel reëel mag stellen, dat de praktijkkost naar alle waarschijnlijkheid ook tegen de 50% aanleunt. Dit deed het ook in 2000 en is blijkbaar nog steeds zo voor alle andere Europese huisartsen. Waarom zouden wij dan maar 35% hebben? Hieronder zijn er natuurlijk forfaits die niet inbegrepen zijn zoals Impulseo, maar dit heeft een maximum limiet van 50% van de loonkosten. Praktijkruimten zijn overigens ook zeker niet 'gewoon' te indexeren, omdat de meeste ook in oppervlakte toenamen met vergaderruimten, onthaalbalies, refters voor personeel,... Ook de IT neemt een flinke hap uit ons budget met tal van aanvullend materiaal en onderhoudsonkosten om het praktijknetwerk te optimaliseren. Het is een streefdoel van Domus Medica om ervoor te zorgen dat alle huisartspraktijken kunnen beschikken over een (forfaitaire) basisvergoeding die kostendekkend is voor het kader waarin we zorgen leveren. Deze vergoeding bestaat o.a. uit de GMD's, aangevuld met Impulseo en andere forfaits en zou toereikend moeten zijn voor het gebouw, het personeel en het basismateriaal. Hier zijn we nog niet. We zouden dit principe graag doortrekken naar alle lijnen van de gezondheidszorg.
Waar ik op dit moment mijn hand niet direct op kan leggen, is het aantal prestaties per huisarts. Als dit in 2000 toch nog lager lag dan nu, verklaart dit ook deels onze stijging in brutoloon en komt dit dus niet enkel door de incentives als GMD. In aantal prestaties per huisarts valt geen winst te boeken de komende jaren. De avondraadpleging werkt overigens niet mee in dit bedrag: we zien hierin eerder een verlies van kwaliteit op ons sociaal leven dan een financieel middel om ons loon op te trekken...
Alles bij elkaar heeft de financiële opwaardering geen invloed op de instroom in de huisartsgeneeskunde. Er is nog steeds een reserve op het contingent en, al is er een stijging in het aantal studenten dat bewust kiest voor huisartsgeneeskunde, het gevoel van herwaardering is nog steeds ontoereikend. Wanneer komt de erkenning van specialist in huisartsgeneeskunde die er Europees is? Wanneer komt de echte opwaardering voor de intellectuele prestaties? Ik vind het mooi wanneer ik lees dat onze vertegenwoordigers in de Medicomut tevreden zijn over de financiële opwaardering. Ik wil er vooral op rekenen dat bij de volgende verkiezingen voor deze Medicomut de intellectuele opwaardering op het programma staat. Daarnaast moet daarbinnen ook aandacht zijn voor de subsidiariteit. Hierdoor gaan we wellicht ook de bevestiging zien dat de eerste lijn ook eerste keuze moet zijn...
Al met al is huisartsgeneeskunde een heel boeiende job met veel afwisseling. We waarderen boven alles de waardering die we ontvangen van onze patiënten (blijkt ook telkens weer uit diverse bevragingen). De financiën kunnen nooit de juiste motivator zijn om tot kwaliteitsvolle huisartsen te komen.
Maaike Van Overloop
Voorzitter