De ontoelaatbaarheid van een algemene weigering zorg te verstrekken aan niet-gevaccineerde patiënten tegen Covid-19.

30 nov 2021

In het advies van 20 november 2021 sprak de Orde der artsen zich uit over de deontologische toelaatbaarheid van de systematische weigering om zorg te verstrekken aan patiënten die zich niet laten vaccineren tegen Covid-19.

De Orde der artsen stelde dat een algemene weigering om medische zorg te verstrekken omdat de patiënt niet gevaccineerd is deontologisch niet aanvaardbaar is.

Een arts kan volgens de Orde wel, geval per geval, oordelen dat hij de therapeutische relatie niet kan verderzetten of geen tussenkomst of behandeling kan verlenen wegens een gedraging van de patiënt of een gebrek aan welwillendheid, of wegens een gevaar voor de gezondheid van de patiënt, de arts of derden. De weigering van de patiënt om zich te laten vaccineren kan dus in sommige omstandigheden de weigering van een medische handeling tot gevolg hebben.

De arts die weigert een patiënt te verzorgen moet nagaan of er geen urgente pathologie aanwezig is. Er moet in eer en geweten geoordeeld worden, rekening houdend met de globale context. De arts dient te overleggen met de patiënt en in te staan voor de continuïteit van de zorg. 

Het overleg met de patiënt is volgens de Orde der artsen een gelegenheid voor de arts om na te gaan waarom de patiënt weigert zich te laten vaccineren en om hem, op basis van wetenschappelijke argumenten en rekening houdend met zijn persoonlijke gezondheidssituatie, te overtuigen zich alsnog te laten vaccineren.

Tot slot gaf de Orde aan dat de arts de patiënt verzoekt om extra beschermingsmaatregelen te volgen en zelf de nodige voorzorgen neemt indien de patiënt niet gevaccineerd is.