Ook als loontrekkende arts doe je heel wat uitgaven noodzakelijk voor je beroep. Iets minder bekend is dat je die beroepskosten ook kan aftrekken van je belastingen. Je kiest dan uit twee systemen: een automatisch kostenforfait, of je bewijst je werkelijke kosten. Wat is voor jou het beste?
Beroepskosten: automatisch forfait
Werk je als arts in loondienst, dan kan je sowieso forfaitaire beroepskosten aftrekken. Dit forfait wordt automatisch toegepast op je aangifte. Het omvat al je beroepskosten, waaronder je woon-werk-verplaatsingen, de aankoop van een computer voor je praktijk, vaktijdschriften enzovoort.
Het kostenforfait wordt berekend als een vast percentage op je inkomensschijven, met een bovengrens van 4.810 euro. Voor aanslagjaar 2020 gelden de volgende bedragen en percentages:
Van |
Tot |
vast |
pct |
0,00 |
16.033,31 |
0,00 |
30,00 % |
16.033,32 |
… |
4.810,00 |
0,00 % |
Werkelijke beroepskosten bewijzen
Wanneer je werkelijke beroepskosten hoger uitvallen dan het forfait, neem je natuurlijk beter die kosten in je aangifte op. Je moet die dan wel kunnen bewijzen én aantonen dat je ze werkelijk hebt betaald. Blijkt dat je werkelijke beroepskosten toch lager liggen dan het forfait, dan past de fiscus automatisch het meest voordelige systeem toe.
Welke beroepskosten?
Als arts maak je heel wat kosten, maar welke kan je recupereren? Dit overzicht maakt je duidelijk wat in welke mate aftrekbaar is.
1. Kosten voor woon-werkverkeer
Binnen deze categorie bestaan er verschillende mogelijkheden om de kosten voor woon-werkverkeer af te trekken, naargelang het gebruikte vervoersmiddel:
Toepassing forfait
Binnen deze categorie bestaan er verschillende mogelijkheden om de kosten voor woon-werkverkeer af te trekken, naargelang het gebruikte vervoersmiddel:
Toepassing kilometerforfait
- Eigen personenwagen 0,15 EUR per kilometer
- Fiets/speed pedelec 0,24 EUR per kilometer beperkt tot 100 kilometer enkel
- Andere vervoersmiddelen 0,15 EUR per kilometer beperkt tot 100 km enkel - vb. moto, openbaar vervoer
Het aftrekbare bedrag wordt dan als volgt berekend:
Aantal werkdagen x afstand woon-werk x 2 (heen en terug) x kilometerforfait
Opgelet! Bestaat je werkdag uit twee korte shiften en ga je tussenin naar huis? dan verdubbelt de factor van twee naar vier |
Toepassing werkelijke kosten
Wil je liever je werkelijk beroepskosten in je aangifte opnemen? Voor je woon-werkverkeer zijn volgende kosten aftrekbaar:
- Jaarlijkse afschrijving op de investering
- Brandstofkosten
- Onderhoudskosten
- Verzekering
- Verkeersbelasting
- Kosten voor pechbijstand
- Beschermende kledij voor motovoertuigen
- …
2. Huisvestingskosten
Gebruik je een gedeelte van je woning als praktijk- of bureauruimte? Dan mag je de kosten voor het deel waarover je beroepsmatig beschikt, aftrekken als beroepskosten. Enkele voorbeelden:
- Afschrijvingen of huur
- Kosten van verwarming en elektriciteit
- Provinciale en gemeentebelasting
- De onroerende voorheffing
- Onderhoudskosten
De oppervlakte geldt hier als maatstaf. Neemt je praktijk bijvoorbeeld 20% van je woonoppervlakte in, dan kan je die kosten ook voor 20% inbrengen.
3. Andere aftrekbare beroepskosten
Naast de kosten voor woon-verkeer en huisvesting kan je ook andere beroepskosten meenemen in de aangifte. Sommige kosten kan je integraal inbrengen, zoals opleidingskosten, kantoormateriaal, je telefoonrekening, het lidmaatschap voor beroepsorganisaties, medisch materiaal of vakliteratuur.
Andere beroepskosten zijn slechts beperkt fiscaal aftrekbaar zoals kosten voor zakendiners (69%) en geschenken (50%).
Een voorbeeld schept helderheid
Toon Janssens werkt als arts en heeft een jaarlijks brutoloon van 42.000 euro. Hij kan bewijzen aan de hand van het aantal kilometers dat 80 % van zijn moto gebruikt wordt voor woon-werkverplaatsingen. In 2019 maakt hij de volgende beroepskosten:
- Aankoop moto: 12.000 euro (afschrijving 5 jaar)
- Beschermende motokledij: 1.000 euro (afschrijving 3 jaar)
- Benzine (incl. btw): 1.350 euro
- Onderhoudskosten motorfiets: 200 euro
- Verzekeringen: 520 euro
- Verkeersbelasting: 60 euro
- Opleiding / symposiumkosten: 2.000 euro
- Kosten medisch materiaal: 100 euro
- Vakliteratuur: 150 euro
- Beroepsbijdragen: 200 euro
Berekening forfaitaire beroepskosten
Inkomsten boven de 16.033,32
=
Maximaal: 4.810,00 euro |
Berekening werkelijke beroepskosten
Moto: 12.000,00 / 5 = 2.400,00 Brandstofkosten: 1.350,00 Verzekering: 520,00 Onderhoudskosten: 200,00 Verkeersbelasting: 60,00 Beschermde kledij: 1.000,00 / 3 = 333,33
Totaal motokosten: 4.863,33 Beperkt tot 80 % : 3.890,66
Opleiding / symposiumkosten: 2.000,00 Kosten medisch materiaal: 100,00 Vakliteratuur: 150,00 Beroepsbijdragen: 200,00
Totaal werkelijke kosten: 6.340,66 euro |
SBB Accountants en adviseurs
www.sbb.be