Toespraak Visiecongres

8 dec 2022

Opgelet, u krijgt momenteel niet de volledige inhoud van deze pagina te zien omdat u niet bent aangemeld als lid of geen lidmaatschap heeft bij Domus Medica.
Wilt u de volledige pagina kunnen lezen,

Communicatie wordt ook vaak bemoeilijkt omdat de resultaten vaak in kleine stapjes komen na lange en moeizame processen. Dat is frustrerend voor jullie en voor ons. Soms komt er geen oplossing omwille van de institutionele complexiteit, soms komt er geen oplossing omwille van het kluwen aan organen in het Riziv waar protectionisme van de eigen beroepsgroep belangrijker is dan oplossingen te vinden voor problemen op het veld en soms komt er geen oplossing omdat er geen snelle oplossingen zijn.

Het probleem is immers complex en iedereen die met snelle en eenvoudige oplossingen komt aandraven, dwaalt of probeert anderen te misleiden. 

  • Neen, het ingangsexamen afschaffen gaat niet automatisch tot meer huisartsen leiden (alhoewel wel mag bekeken worden of het ingangsexamen de beste artsen selecteert)
  • Neen, een verhoging van het inkomen gaat niet ineens alle laatstejaarsstudenten voor huisartsgeneeskunde doen kiezen (alhoewel het inkomen van sommige specialismen exuberant hoog is en gecorrigeerd moet worden)
  • Neen, geen enkele praktijkvorm is beter dan de andere.

Een complex probleem heeft immers geen eenvoudige antwoorden en ook al zijn het geen leuke boodschappen: we moeten de realiteit durven te vertellen. En de harde realiteit is dat de situatie eerst nog erger zal worden. Tot 2026-2027 zal het aantal VTE-huisartsen verder dalen door een grotere uitstroom dan instroom (ondanks de toename in instroom). Het probleem zal dus eerst alleen maar groter worden. Oplossingen moeten dan ook bekeken worden met een dubbel perspectief: systemische oplossingen richting 2030 en noodoplossingen voor de korte termijn. 

Welke noodoplossingen zijn er nu?

Op korte termijn gaan we moeten improviseren. Hoe zorgen we ervoor dat een patiënt met een zorgvraag nog bij een huisarts terechtkan? Een groot aantal burgers zal het geluk hebben om nog een vaste huisarts te hebben maar een niet onbelangrijk deel zal dat de komende jaren niet meer hebben. We mogen als huisartsen die groep niet achterlaten.

Er zijn vandaag al een aantal van die noodoplossingen: zorgpunten zoals in Essen of Kruibeke om de subacute en chronische zorg op te vangen, stratenplannen om nieuwe inwoners toch een aanspreekpunt voor subacute zorg te geven, afspraken met tweede lijn en andere zorgverleners, …

Lokale afspraken, collegialiteit (met respect voor ieders draagkracht) en creativiteit zullen essentieel zijn. We gaan moeten experimenteren met hybride zorg, gedeelde dossiers, delegatie van taken en we gaan goede voorbeelden moeten delen. We gaan moeten zorgen dat we het recht op zorg kunnen garanderen, terwijl we tegelijk het recht op een evenwichtig leven voor de huisarts bewaren. 

De kwaliteit van zorg in deze noodoplossingen zal nooit de kwaliteit van zorg in de huisartsgeneeskunde evenaren maar geen zorg krijgen is nog slechter. Deze noodoplossingen zijn absoluut niet hetgeen waar we voor staan maar soms wel noodzakelijke tijdelijke tussenstappen om niemand achter te laten. We gaan nog veel creativiteit nodig hebben de volgende jaren maar het mag ons niet verhinderen om ook volop te werken aan de oplossingen op middellange termijn.

Welke structurele oplossingen zijn er op (middel)lange termijn?

Want laat dat duidelijk zijn: wij willen staan voor die ongelooflijk hoogstaande kwalitatieve huisartsgeneeskundige zorg. Wij willen absoluut dat elke burger van dit land een vaste huisarts heeft die hem die gepersonaliseerde zorg biedt. Wij willen die medisch generalist zijn, die werkt in een enthousiast team en die naast acute, chronische en palliatieve zorg, preventie en public health mee hoog in het vaandel draagt. Wij willen die huisarts zijn die elke dag met heel veel goesting aan zijn dag begint. 

Maar daarvoor moeten er in de volgende maanden en jaren een aantal fundamentele beslissingen genomen worden. Beslissingen die heilige huisjes omverwerpen maar die eigenlijk jaren geleden genomen hadden moeten worden opdat we vandaag niet in de situatie beland waren waarin we vandaag terechtgekomen zijn. Dat deze beslissingen niet genomen zijn, is deels het gevolg van gebrek aan politieke moed maar grotendeels ook het gevolg van de stilstand in het sociaal overleg tussen zorgverleners en mutualiteiten die er niet meer in slagen om grote hervormingen uit te tekenen om de zorgsector paraat te maken voor de volgende decennia.

Laat mij een aantal werven benoemen :

1 Meer huisartsen opleiden

We hebben nood aan meer huisartsen, al zal dat geen evidente zaak zijn wetende dat de krapte op de arbeidsmarkt de belangrijkste uitdaging van de zorg wordt de volgende jaren. Een stijging van de quota zoals recentelijk beslist door minister Vandenbroucke is dus een goede zaak. Maar een stijging van de quota geeft pas resultaat binnen zes à negen jaar. Ondertussen moeten ook andere maatregelen genomen worden:

  • De subquota moeten veel strenger worden zodat minder studenten kunnen specialiseren. 
  • Er moet een zij-instroom worden opgezet om werkloze specialisten (want die gaan er de volgende jaren in bepaalde disciplines veel zijn) om te scholen tot huisartsen. 
  • Maar ook wij als huisartsen moeten aan de bak. Als we willen dat studenten kiezen voor huisartsgeneeskunde, dan moet elke student in contact komen met de huisartsgeneeskunde en moet de verplichte stage huisartsgeneeskunde terug ingevoerd kunnen worden. Dat zal enkel lukken als wij (huisartsen van het veld) veel meer stageplaatsen aanbieden aan de universiteiten. Zonder praktijken die stagiairs willen begeleiden, zijn er geen studenten die de huisartsgeneeskunde leren kennen.